Let op:
Deze site wordt niet meer aangepast en veroudert dus!
De site is verhuisd naar www.schrijversinfo.nl
Voornaam: Donker
Doopnamen: Anthonie
Geboren: 08-09-1902
Te: Rotterdam
Overleden: 26-12-1965
Te: Amsterdam
Er blijft niets over...
Wij sterven allen, tusschen U en mij
Is er ternauwernood verschil, want menschen -
Landlooper, dichter en koopman - zijn wij,
Wij dwalen allen, wij reeknen en wenschen.
Er blijft niets over, alles gaat voorbij,
Om 't even het mislukken of bereiken.
Heb lief! Heb lief! Eens, ergens zullen zij,
Die liefhadden, gerust de zeilen strijken.
(Anthony Donker, De draad van Ariadne, blz. 33)
Pseudoniem(en): Anthonie Donker was
het pseudoniem van Nicolaas Anthonie Donkersloot.
Hij gebruikte ook de pseudoniemen Aart van der Alm, Siem de
Maat en Maarten de Rijk.
Voor tweedehands boeken |
Ook van Anthonie Donker |
Raban Internet Antiquariaat |
Klik
hier ! |
Werk:
Poëzie:
- Acheron (1926)
- Grenzen (1928)
- Grenzen (Acheron/Grenzen) (1929)
- Kruistochten (1929)
- De draad van Ariadne (1930)
- Gebroken licht (1934)
- Onvoltooide symphonie (1938)
- Orcus en Orpheus (1941)
- Marathon (1941)
- In Holland staat een huis (1945)
- Orpheus en Euridice (1945)
- Tralievenster (1946)
- Het sterrenbeeld (1946)
- De einder (verzamelde gedichten) (1947)
- Tondalus' visioen (1948)
- De bevreemding (1953)
- De groene wandeling (1961)
- De grondtoon (bloemlezing) (1963)
Proza:
- Schaduw der bergen (1935)
- Penibel journaal (reisbeschrijving) (1937)
- De bliksem speelt om de doringboom (reisbeschrijving) (1949)
Toneel:
- Maar wij...? Spel van jeugd en arbeid (1933)
- Ik zoek christenen (1947)
Vertalingen:
Donker vertaalde werk van o.a. Coleridge, Goethe en Feuchtwanger
- Emil Ludwig, Abraham Lincoln (1930)
- Lion Feuchtwanger, Succes (1930)
- Irène Nemirovsky, David Golder (1930)
- Georg Fuchs, Wij achter tralies (1931)
- De ballade van den ouden matroos (naar S.T. Coleridge) (1931)
- Browning, De rattenvanger van Hamelen (met platen van Rie
Kramer) (1931)
- Shakespeare, Driekoningenavond
- Goethe, Faust (eerste deel) (1931)
- Mary Webb, De vos duikt weg (1933)
- 2 fragmenten: Johann Wolfgang von Goethe 'Faust in zijn studeervertrek'
, 'Paaswandeling' in 'Oogst der tijden, Keur uit de werken van
schrijvers en dichter aller volken en eeuwen', red. Johan Winkler
(1940)
Essays/Kritieken:
- De episode van de vernieuwing onzer poëzie (1880-1894)
(proefschrift) (1929)
- Fausten en faunen (1930)
- Ter zake (1932)
- De schichtige Pegasus (1932)
- Dichter en gemeenschap (rede) (1936)
- Hannibal over den Helicon? (1940)
- Karaktertrekken der vaderlandse letterkunde (1945)
- De vrijheid van den dichter en de dichterlijke vrijheid (1946)
- Beeld van Tachtig (1952)
- Nijhoff, de levensreiziger (1954)
- Emanuel Querido (met A. Querido en Th. Wink) (1955)
- Victor E. van Vriesland (1956)
- Eva en de dichters (1958)
- Het schip dat gij bouwen zult (1959)
- Ben ik mijn broeders hoeder? (1960)
Bloemlezingen:
- Een nieuwe bundel (met K.H.de Raaf en J.J.Griss)
- 'Tien verhalen' (boekenweekgeschenk 1953)
- V in versvorm. Vrijheid, verzet en victorie 1940-1945
- Het schip dat gij bouwen zult (1959)
'Gebloemleesd'
Poëzie:
- 1 gedicht: 'Wenn nur ein Traum das Leben ist....' in 'Kent
uw dichters. gedichten van 100 dichters' (1932)
- 1 gedicht: 'Drie-koningen' in 'In de donkere dagen voor Kersttijd...',
bijeengebracht door Han G. Hoekstra (1941)
- 5 gedichten in 'Dichters van dezen tijd', door D.A.M. Binnendijk
(15e druk, 1946)
- 3 gedichten in 'Religieuze poëzie. Een keuze uit de
Nederlandse religieuze lyriek van 1880 tot 1950', samengesteld
door Dirk Coster en Anton Deering (1949)
- 1 gedicht: 'Pooltocht' in 'De muze op reis', bijeengebracht
door Han G. Hoekstra en Victor E. van Vriesland (1950)
- 1 gedicht: 'Aftocht. Ter gedachtenis van M. Nijhoff' in 'Kleine
literatuurgeschiedenis in verzen over Nederlandse schrijvers',
bijeengebracht door Theo Vesseur (1953)
- 1 gedicht: 'Late wandeling' in 'Vandaag II. Nieuw werk van
Nederlandse en Vlaamse schrijvers', bijeengebracht door Jaap
Romijn en Bert van Aerschot (1954)
- 1 gedicht: 'Tango' in 'Twee muzen', uitgezocht door Jan Engelman
en Wouter Paap (1955)
- 1 gedicht: 'Wedren' in 'Poëtisch akkoord. Honderd gedichten
uit tien jaar Noord- en Zuid-Nederlandse literatuur', samenstelling:
Pierre H. Dubois, Hubert van Herreweghen, Maurice Roelants en
Garmt Stuiveling (1956)
- 1 gedicht: 'De nachtegaal' in: 'Met twee maten, de kern van
vijftig jaar nederlandse poëzie geïsoleerd en experimenteel
gesplitst' samengesteld door Paul Rodenko (1956)
- 1 gedicht: 'Delft' in 'De muze zwerft door Nederland' bijeengebracht
door Ed. Hoornik (1956)
- 1 gedicht: 'De violist' in 'Muziek en poëzie', bijeengebracht
door Johan de Molenaar (1959)
- 3 gedichten in 'Gedichten lezen' (1959)
- 1 gedicht: 'Morgenwandeling' in 'Wiltzangh. Met de dichters
in de natuur', samengesteld door Gabriël Smit (z.j.)
- 1 gedicht: 'Franciscus in het woud' in 'De Muze op school',
Bijeengebracht door W. van Beusekom (1961)
- 5 gedichten in 'Nederlandse schrijvers en schrijfsters II',
L. Leopold (17e druk, 1961)
- 1 gedicht: 'De merel' in 'Gastenboek van Singel 262' (1962)
- 1 gedicht: 'Jozef' in 'Gastenboek van Singel 262', met nieuw
werk van tweeënveertig Nederlandse auteurs (1963)
- 1 gedicht: 'Aan boord' in 'Gastenboek van Singel 262. Nieuwe
verhalen en gedichten van veertig Nederlandse auteurs' (1964)
- 1 gedicht: 'De slaapwandelaar' in 'Een nieuwe bundel verzen',
verzameld door Dr. G. Kazemier (13e druk, 1967)
- 1 gedicht: 'ins Leben hinein. Goethe' in 'Jong gedaan. Kinderwerk
en beginnerswerk van 28 auteurs' (1968). Hij schreef dit gedicht
toen hij 16 jaar was.
- 1 gedicht: 'Achterbalkon' in: 'Het grote Nederlandse verhalenboek.
Een bundel van de opmerkelijkste verhalen, gedichten en prenten
uit de laatste 50 jaar' (red. Hella S. Haasse, Ad Petersen, Koos
Postema en Willem van Toorn) (VARA, 1977)
- 1 gedicht: 'Marskramer' in 'Groot verzenboek voor al wie
jong van hart is', samengesteld door Karel Jonckheere (1978)
- 3 gedichten in 'De spiegel van de Nederlandse poëzie',
samengesteld door Hans Warren (1979)
- 1 gedicht: 'De vader en het kind' in 'Het kind', door Willem
Wilmink en Fetze Pijlman (1979)
- 1 gedicht: 'Vesper' in 'De Nederlandse poëzie van de
19de en 20ste eeuw in 1000 en enige gedichten, samengesteld door
Gerrit Komrij (1980)
- 2 gedichten in 'Is dit genoeg: een stuk of wat gedichten
(2 delen), samengesteld door C. Buddingh' en Eddy van Vliet (1982)
- 3 gedichten in 'Het land der letteren', samengesteld door
Adriaan van Dis en Tilly Hermans (1982)
- 1 gedicht: 'De zolder' in 'Dichterbij. Gedichten voor 12+',
samengesteld door Jan Heerze (1986)
- 1 gedicht: 'Lied' in 'Gelezen worden ze ontelbre malen. De
bekendste gedichten uit de Nederlandse literatuur', samengesteld
door Robert-Henk Zuidinga (1986)
- 2 gedichten in 'Hier ligt Poot Hij is dood', samengesteld
door Robert-Henk Zuidinga (1990)
- 2 gedichten in: 'Die dag in mei vergeet ik niet. De mooiste
Nederlandse bevrijdingspoëzie', gekozen door Hans Warren
(1995)
- 2 gedichten in 'Groot verzenboek. Vijfhonderd gedichten over
leven, liefde en dood. Een thematische bloemlezing uit de Nederlandstalige
poëzie van de twintigste eeuw', samengesteld door Jozef
Deleu (1999)
- 1 gedicht: 'Het gezin' in: 'Familie duurt een mensenleven
lang. De honderd mooiste Nederlandse gedichten over vaders, moeders,
dochters en zonen', samengesteld door Menno Wigman (1999)
Proza:
- 1 bijdrage: 'Ter zake (Een auto-interview)' en een portretfoto
in 'Geschenk' t.g.v. de Nederlandsche boekenweek, samenstelling
A.M.E. van Dishoeck, Cornelis Veth en C.J. Kelk (1932)
- Een bijdrage: 'Herinnering aan J.H. Leopold' in 'Geschenk
1933'.
- 2 citaten in 'Kosmos groot citatenboek' (1986)
Tijdschriften:
- In 1917 publiceerde hij poëzie in de schoolkrant 'Rostra
Gymnasiorum'.
- In 1925 debuteerde hij als Anthonie Donker in 'De Vrije Bladen'.
- Anthonie Donker publiceerde in 'Regeneratie'.
- In 1930 was hij oprichter van het 'Critisch bulletin'. Hij
bleef tot 1957 redacteur.
- Anthonie Donker was samen met Dirk Coster redacteur van 'De
Stem' (1936-1942).
- Na de Tweede Wereldoorlog werd hij redacteur van 'De Nieuwe
Stem'.
- Anthonie Donker was kunstredacteur van 'Algemeen Handelsblad'.
- Anthonie Donker publiceerde in 'Maatstaf', 'Bevrijding',
'De Gids' en 'Blijmoedig Maandblad'.
Diversen: (Zonder
een schijn van volledigheid)
- Anthonie Donker werkte mee aan een geschiedenis van de Nederlandse
letteren van K.H.de Raaf en J.J.Griss: 'Stroomingen en gestalten'.
- 1 prentbriefkaart met foto en korte bibliografie in boekenweekgeschenk
1934.
- In de serie 'stemmen van schrijvers' verscheen een 45-toerenplaat
waarop Anthonie Donkers voorleest uit eigen werk.
- 1 artikel/hoofdstuk over A. Donker in Cola Debrot, 'Verzameld
werk 5. Over literatuur' (1987)
Literaire prijzen:
- C.W. van der Hoogtprijs 1929 voor 'Grenzen'.
- Dom-prijs voor poëzie 1929 voor 'Kruistochten'.
- 1949, Prijs van Stichting Kunstenaarsverzet 1942-1945
- Essay-prijs van de Stichting Kunstraad 1951
Anthonie Donker was lid van diverse jury's:
- Declamatoriumprijsvraag (AVRO) 1936
- C.W. van der Hoogtprijs 1937
- Tollens-prijs 1948 en 1953
- Jacobson-prijs 1950, 1955 en 1960
- Marianne Philips-prijs 1951, 1952, 1953, 1954, 1955, 1956,
1957, 1958, 1959, 1960, 1961, 1962, 1963, 1964 en 1965
- Bijenkorf-literatuurprijs 1956
- Boekenmarkt-prijs 1958
- Prijs van de Stichting Kunstenaarsverzet 1942-1945, 1958
- P.C. Hooft-prijs 1960
- Prijs der Nederlandse Letteren 1962, 1965 (voorzitter)
Opmerkingen:
- Zijn vader - Hendrik Donkersloot - was hoofd van een lagere
school en directeur van de Normaalschool.
- Anthonie Donker werd vrijzinnig-christelijk opgevoed.
- In het waren drie zonen. Allebei zijn broers overleden op
betrekkelijk jonge leeftijd.
- Anthonie Donker ging naar het Erasmiaans Gymnasium in Rotterdam,
waar de dichter J.H. Leopold zijn leraar was.
- Anthonie Donker studeerde Nederlandse letteren in Leiden
en Utrecht. Hij promoveerde in 1927 (cum laude).
- In de periode tussen zijn studie in Leiden en Utrecht vervulde
hij zijn diensplicht als matroos-seiner.
- Al tijdens zijn studie bleek zijn zwakke gezondheid en moest
hij kuren in Renkum.
- Na zijn studie werd hij leraar aan het Rotterdams Lyceum.
- Hij verbleef na zijn studie lange tijd wegens ziekte (tbc)
in Davos en Arosa. Hij werkte als leraar aan het Lyceum Alpinum
in Zuoz.
- Anthonie Donker was van 1931 tot 1937 getrouwd met M.P.Magani.
Ze kregen een zoon: Henk Gaudenz.
- In 1936 werd hij hoogleraar in de Nederlandse letteren aan
de Universiteit van Amsterdam.
- Samen met Coster was hij redacteur van 'De stem'. Du Perron
sprak van 'Costersloot', wat bij hem stond voor al het weke in
de literatuur. Dit negatieve label bleef ook na de Tweede Wereldoorlog
aan Donker hangen.
- In de Tweede Wereldoorlog was hij actief in het verzet. Hij
werd ontslagen en gearresteerd. In 1942 zat hij enkele maanden
gevangen wegens het opstellen van een manifest tegen de Kultuurkamer.
Daarna zat hij ondergedoken in Wassenaar.
- 'Het tralievenster' (1946) bevat gedichten die hij tijdens
de Tweede Wereldoorlog in de cel schreef.
- Na de oorlog werd hij hoogleraar in de vergelijkende literatuurwetenschap
in Amsterdam. Aan de Universiteit van Amsterdam bekleedde Donkersloot
in de jaren 1949-1953 het secretariaat van de faculteit der Letteren
en Wijsbegeerte. In de periode 1953-1956 was hij voorzitter.
In het jaar 1950-1951 was hij rector van de Universiteit.
- Van 1945 tot 1949 was hij voor de PvdA lid van de Eerste
Kamer (andere bronnen noemen de Tweede Kamer) en lid van de Voorlopige
Raad voor de Kunst. Uit protest tegen de tweede politionele actie
in Nederlands Indië heeft hij in 1949 voor zijn lidmaatschap
van de Eerste Kamer bedankt
- In 1950 was hij mede-oprichter van de beweging 'De derde
weg'. Later werd hij lid van de PSP.
- Anthonie Donker is drie keer getrouwd geweest. Met M.P. Magani,
met N. Visser en met H.T. Dadema.
- Als dichter wees hij experimentele vormen af. Hij had een
voorkeur voor het sonnet. Zijn poëzie is gevoelig en melancholisch.
- Anthonie Donker vervulde diverse functies in het letterkundig
leven, zoals: bestuurslid en vice-voorzitter PEN-centrum, voorzitter
en ere-voorzitter Vereniging van Letterkundigen, lid Voorlopige
raad voor de kunst en vice-voorzitter van de Amsterdamse kunstraad.
- Anthonie Donker overleed in de Centraal Israelische Ziekenverpleging
in Amsterdam aan keelkanker.
- Anthonie Donker werd op 28-12-1965 in stilte (op eigen verzoek)
gecremeerd in Crematorium Velsen in Driehuis. Zijn as werd hier
ook verstrooid.
Anderen over Anthonie Donker:
- Hij had uiterlijk iets voornaams, was lang en smal, zijn
al vroege kaalheid gaf hem al gauw een wijsheid boven de jaren,
die zijn zeer uitgewogen gezicht ook verried. Ik heb hem één
keer horen spreken. Hij sprak mooi en uiterst verzorgd en soms
niet ongeestig - zonder gevoel voor humor had hij zijn Karaktertrekken
der vaderlandsche letterkunde nooit kunnen schrijven. (Kees
Fens, Volkskrant, 21-04-2001).
Mijn favoriete citaat:
De dood en ik rennen samen
rondom het blonde perk.
Ik heb de eerste ronde gewonnen
maar de tijd die ik won is geronnen
in tweestrijd en zorgen en werk.
En nogmaals rennen wij samen
zij aan zij, en dan nek aan nek,
tot vlak bij de eindstreep. Ik strek
de hand een handbreed voor de zijne.
Hij, juist voor ik juichen kan, raakt
met één vingertop, ijskoud, de mijne.
(Anthonie Donker, Wedren, Poëtisch
akkoord, bklz. 48)
Links:
Terug naar de eerste pagina /homepage
Citaten zoeken op trefwoord
Overzicht van trefwoorden
Citaten zoeken op auteur
Overzicht van auteurs
Overzicht van bibliografieën
Andere interessante internet-bladzijden
Vanaf 15-12-2002
Bronnen o.a.:
- Geschenk (1932)
- P.H. Dubois, hedendaagse nederlandse kunst, letterkunde (1956)
- Gedichten lezen (1959)
- Wie is die.... Auteurs van Singel 262 (1966)
- Lexicon van de moderne Nederlandse literatuur (1978)
- Spectrum Nederlandstalige auteurs (1985)
- Nederlandse literaire prijzen 1880-1985 (1986)
- Winkler Prins lexicon van de Nederlandse letterkunde (1986)
- Prisma van de pseudoniemen (1992)
- Oosthoek Lexicon Nederlandse & Vlaamse literatuur (1996)
- Hans Heesen e.a., Waar ligt Poot? (1997)
- Schrijvers. 2000 auteurs van de 20e eeuw van A tot Z (2002)
©2005 Mats
Beek, Veenendaal