Let op:
Deze site wordt niet meer aangepast en veroudert dus!
De site is verhuisd naar www.schrijversinfo.nl
Achternaam: de Haan
Voornaam: Jacob Israël (Joop)
Geboren: 31-12-1881
Te: Kloosterveen - Smilde
Overleden: 30-06-1924
Te: Jeruzalem
Wat ik geschreven heb, dat blijft
geschreven
Wat ik misdreven heb, dat is gedaan.
Ik sterf getroost. Maar zij, die later leven,
Zullen mijn lied, mijn leed en mijn hartstochten verstaan.
(Jacob Israël de Haan, Aan de
lateren)
Pseudoniem(en): Jacob Israël de
Haan publiceerde in 1901 in 'De Gids' poëzie onder het pseudoniem
Robert Roberts. Hij gebruikte ook
de pseudoniemen Jangakauf en Jitsgok. Verder kan vermeld worden
dat hij zijn eerste werken publiceerde als Jacob de Haan, dus
zonder zijn tweede voornaam Israël.
Voor tweedehands boeken |
Ook van Jacob Israël de Haan |
Raban Internet Antiquariaat |
Klik
hier ! |
Werk:
Poëzie:
- Libertijnsche Liederen (1914)
- Het Joodsche Lied (1915)
- Liederen (1917)
- Een nieuw Carthago (1919)
- Het Joodsche Lied. Tweede boek (1920)
- Kwatrijnen (1924)
- Palestina (1925)
- Verzamelde gedichten (2 delen) (1952)
- Kanalje en Opstandige Liedjes (Kees Joosse / Jaap Meijer)
) (1977)
- Een kopje met thee daarin. (Kijken I). Met een ets van Liesbeth
van der Meulen (1980)
- Vriendschap lokt, de Vroomheid maant (bloemlezing door M.M.
Lommen) (1981)
- Ik ben een dichter te Zaandam geweest (bloemlezing door Gerrit
Komrij) (1982)
- De bloemen en de brief (bibliofiel, 60 ex.) (1982)
- Verzen van Jezus (bibliofiel, 180 ex.) (1985)
- Ondergangen van de zon (vouwblad, bibliofiel, 80 ex.) (1994)
- Op de zee in den nacht (bibliofiele uitgave)
- Een vrouwtje (bibliofiel)
- Ander aardewerk (bibliofiel, 100 ex.) (1998)
- Mijn belijdend lied, 31 gedichten (1999)
Proza:
- Pijpelijntjes (1904)
- Kanalje (1904)
- Pathologieën. De ondergang van Johan van Vere de With
(1908)
- Arbeidersvreugd (1911)
- Jerusalem (1921)
- Palestina (reisschetsen) (1925)
- Brieven uit Jerusalem (1941)
- Besliste volzinnen (tussen 1907 en 1910 verschenen aforismen)
(1954)
- Brieven aan een jongen. Een kleine correspondentie (door
Arnold Saalborn) (1957)
- Nerveuze vertellingen (door Rob Delvigne en Leo Ross) (1981)
- Correspondent in Palestina 1919-1924 (door Ludy Giebels)
(1981)
- Ondergangen (1984)
- De witte sneeuw (1998)
Brieven:
- 1 brief van Jacob Israël de Haan aan Herman Robbers
in 'Briefgeheim', samengesteld door René van Stipriaan
(1993)
Vertalingen:
Vertaald:
- Jaap Meijer vertaalde werk van J.I. de Haan in het Hebreeuws.
- Richard Huijing vertaalde 'Over de ervaringen van Hélénus
Marie Golesco' en nam het als 'Concerning the experiences of
Hélénus Marie Golesco' op in de bundel 'The dedalus
book of Dutch fantasy' (1993)
Essays:
- In Russische Gevangenissen (1913)
- Rechstkundige significa en hare toepassing op de begrippen:
aansprakelijk, verantwoordelijk, toerekeningsvatbaar (proefschrift)
(1916)
- De taal zegt meer dan zij verantwoorden kan. Een keuze uit
de verspreide rechtskundig-signifische geschriften van Mr. Jacob
Israel de Haan (1996)
Bloemlezingen:
'Gebloemleesd'
Poëzie:
- 2 gedichten in: 'P. van Renssen, Nieuwe Nederlandsche lyriek'
(1927)
- 1 gedicht: 'Bezinning' in 'Kent uw dichters. gedichten van
100 dichters' (1932)
- 1 gedicht: 'Bezinning' in 'Dichters van dezen tijd', door
D.A.M. Binnendijk (15e druk, 1946)
- 2 gedichten in 'Religieuze poëzie. Een keuze uit de
Nederlandse religieuze lyriek van 1880 tot 1950', samengesteld
door Dirk Coster en Anton Deering (1949)
- 1 gedicht: 'Huisvaart naar Holland' in 'De muze op reis',
bijeengebracht door Han G. Hoekstra en Victor E. van Vriesland
(1950)
- 1 gedicht: 'Frederik van Eeden' in 'Kleine literatuurgeschiedenis
in verzen over Nederlandse schrijvers', bijeengebracht door Theo
Vesseur (1953)
- 9 gedichten in: 'Met twee maten, de kern van vijftig jaar
nederlandse poëzie geïsoleerd en experimenteel gesplitst'
samengesteld door Paul Rodenko (1956)
- 7 gedichten in 'Nederlandse schrijvers en schrijfsters II',
L. Leopold (17e druk, 1961)
- 4 gedichten in 'Liefdespoëzie', bijeengebracht door
Hendrik de Vries (z.j.)
- 1 gedicht: 'Onrust', in 'als die stad eens ommeviel... Dichters
over Amsterdam', samengesteld door Wim Ramaker (1975)
- 10 gedichten in 'De spiegel van de Nederlandse poëzie',
samengesteld door Hans Warren (1979)
- 1 gedicht: 'Zaterdagavond' in 'Het kind', door Willem Wilmink
en Fetze Pijlman (1979)
- 11 gedichten in 'De Nederlandse poëzie van de 19de en
20ste eeuw in 1000 en enige gedichten, samengesteld door Gerrit
Komrij (1980)
- 3 kwatrijnen in 'Het werk', een bloemlezing door Wiel Kusters
(1980)
- 1 gedicht: 'Zaterdagavond' in 'Het gezin', Bulkboek 114,
(1981)
- 5 gedichten in 'Is dit genoeg: een stuk of wat gedichten
(2 delen), samengesteld door C. Buddingh' en Eddy van Vliet (1982)
- 1 gedicht: 'Onrust' in 'Het land der letteren', samengesteld
door Adriaan van Dis en Tilly Hermans (1982)
- 1 gedicht: 'Aan een jonge visser' in 'Het is een blijde dag.
Romantische dichters over geluk', realisatie Rob Lucas (1986)
- 1 gedicht: 'Onrust' in 'Gelezen worden ze ontelbre malen.
De bekendste gedichten uit de Nederlandse literatuur', samengesteld
door Robert-Henk Zuidinga (1986)
- 1 gedicht: 'Backschisch' in 'Het geld dat spant de Kroon',
bijeengebracht door Gerrit Komrij (1987)
- 2 gedichten in '68 dichters op weg naar huis' (bulkboek 171),
samengesteld door Patty Voorsmit (1987)
- 2 gedichten in Grote poëziebloemlezing 'Mij liet je
leven', samenstelling Aldert Walrecht (1987)
- 10 gedichten in 'Hier ligt Poot Hij is dood', samengesteld
door Robert-Henk Zuidinga (1990)
- 1 gedicht: 'Het Joodse lied' in 'Het nachtegalenbosje. Poëzie
uit Vlaanderen en Nederland 1880-1916', samengesteld door Hubert
van Herreweghen en Willy Spillebeen (1990)
- 1 gedicht: 'Onrust' in 'Domweg gelukkig in de Dapperstraat',
samengesteld door C.J. Aarts en M.C. van Etten (1994)
- 2 gedichten' in 'Dichten over dichten. Bloemlezing uit de
Nederlandse poëzie van de 19de & 20ste eeuw, samengesteld
door Atte Jongstra en Arjan Peters (1994)
- 11 gedichten in: 'En al mijn levensdagen stonden in uw boek.
Gedichten naar de Bijbel uit de twintigste eeuw', samengesteld
door Huub Oosterhuis (1995), waarvan 'Het lotenfeest' ook door
Jos Brink voorgelezen op de bijbehorende CD.
- 2 gedichten in 'Gestampte mensjes. Vrolijke gedichten voor
jong en oud', samengesteld door Nanda Jansen-Meijnen en Martine
Kremers (1998)
- 1 gedicht: 'Aan eenen jonge visscher' in 'Het liefste gedicht.
De favoriete liefdesgedichten van Nederland en Vlaanderen', met
een inleiding van Gerrit Komrij (2001)
- 1 gedicht: 'Dat ik een wild genieter ben geweest'
in: 'De light scheurkalender 2004', samengesteld door Jean Pierre
Rawie & Driek van Wissen (2003)
Proza:
- 15 citaten in 'Spectrum citatenboek', samengesteld door C.
Buddingh' (1967)
- 6 citaten in 'Kosmos groot citatenboek' (1986)
- 1 verhaal: 'Advocatenstraak' in 'De kortste verhalen. Tweede
bundel' (1986)
- 1 citaat in 'Het Trouwboekje', samengesteld door Gerd de
Ley (1987): 'Een man met een toekomst, een vrouw met een verleden
en geen kinderen vormen samen een uitmuntend gezin.'
- 1 verhaal: 'De standaard' in 'Kort. Honderd Nederlandse en
Vlaamse verhalen uit de twintigste eeuw', bijeengebracht door
C.J. AartsM.C. van Etten (1993)
- 15 citaten in 'Prisma van de citaten' (1994)
Tijdschriften:
- Jacob Israël de Haan was medewerker van het SDAP-blad
'Het Volk', maar werd in 1904 ontslagen na het verschijnen van
de roman 'Pijpelijntjes', vanwege erotische passages.
- Jacob Israël de Haan debuteerde met poëzie in 1909
in 'De Beweging'.
- Jacob Israël de Haan publiceerde in 'De Gids'.
- Jacob Israël de Haan was correspondent in Palestina
van de 'Daily Chronicle' en van het 'Algemeen Handelsblad'.
- Voor het 'Algemeen Handelsblad' schreef hij 393 feuilletons.
Over Jacob Israël de Haan:
- Een bijdrage: 'Jacob Israël de Haan ter herdenking',
met een portret in 'Geschenk 1933', door J.C. Bloem.
- Mies de Haan, 'Mijn broer Jacob Israël de Haan'.
- Lex Eddy, 'Jacob Israël de Haan. De dichter van het
Joodsche lied' (1962)
- Jaap Meijer, 'De zoon van een gazzen. Het leven van Jacob
Israël de Haan' (1967)
- 'De Engelbeaarder' gaf in 1977 (nr. 6) én in 1982
(nr. 23) een Jacob Israël de Haan-nummer uit.
- Jaap Meijer, 'Onze taal als een bare schat. Jacob Israël
de Haan en het Hebreeuws' (1982)
- Open brief aan P.L. Tak. De geschiedenis van de pijpelijntjes-affaire
(door Rob Delvigne en Leo Ross) (1982)
- Een bijdrage over Jacob Israël de Haan in 'Kritisch
Lexicon van de Nederlandstalige Literatuur na 1945' door Elisabeth
Leijnse (mei 1998)
Diversen: (Zonder
een schijn van volledigheid)
- Lucebert maakte in 1983 in het Letterkundig Museum een grote
wandschildering, waarin hij 36 literaire citaten verwerkte. Van
J.I. de Haan is hier terug te vinden 'Want dat ik, zat van
zinnen, zat van leven,/Altijd weer nieuwe zatheid zoek./Dat ik
door lust en waanzin voortgedreven/God te Jerualem vervloek'.
- Joop Driesse uit 'Pijpelijntjes' werd door Inez van Eijk
en Rudi Wester beschreven in hun 'Honderd helden uit de Nederlandse
literatuur'.
- 'Pijpelijntjes' werd in 1986 door C.J. Aarts en N. van der
Meulen in hun boek 'Het literair eeuwboek. Honderd jaar het boek
van het jaar' uitgeroepen tot het beste boek van 1904.
- 'Pathologieën' werd in 1986 door C.J. Aarts en N. van
der Meulen in hun boek 'Het literair eeuwboek. Honderd jaar het
boek van het jaar' uitgeroepen tot het beste boek van 1908.
Opmerkingen:
- Jacob Israël de Haan was de zoon van een joodse godsdienstleraar
en de broer van de schrijfster Carry van Bruggen. Zijn vader,
Izak de Haan was o.a. van 1882 tot 1885 rabbijn in het Friese
Gorredijk en daarvoor (1878-1882) in Smilde. In 1885 verhuisde
het gezin naar Zaandam.
- Jacob Israël de Haan ging naar diverse lagere scholen
in Zaandam. Van 1896 tot 1900 ging hij naar de Rijkskweekschool
in Haarlem. Hij deed diverse deelexamens en begon in 1903 aan
een rechtenstudie.
- Hij wilde al jong weinig meer te maken hebben met het joodse
geloof en werd overtuigd socialist.
- Jacob Israël de Haan was onderwijzer in Amsterdam en
medewerker van het SDAP-blad 'Het Volk'. Beide banen raakte hij
kwijt na het uitkomen in 1904 van zijn boek 'Pijpelijntjes' vanwege
de daarin voorkomende erotische (homosexuele en sadistische)
passages. Willem Frederik Hermans schreef een artikel over 'Pijpelijntjes'
in 'Hollands Diep' van 06-12-1975. Dit werd later gebundeld in
'Houten leeuwen en leeuwen van goud', blz. 315-322.
- Hoofdredacteur P.L. Tak opende de daaropvolgende kinderrubriek
van 'Het Volk' met de mededeling: 'Lieve kinderen. De heer Jacob
de Haan, die zolang uw krantje maakte en dit zo uitstekend kende,
zal dit in 't vervolg niet meer doen.' Dit mag op z'n minst hypocriet
genoemd worden.
- Jacob Israël de Haan droeg 'Pijpelijntjes' op aan de
arts/schrijver A. Aletrino. Aletrina had toestemming gegeven
om een 'jongensboek' naar hem te vernoemen, maar had dit anders
uitgelegd. Aletrino was hier niet gelukkig mee en kocht de hele
oplage - op dertig stuks na - op en liet die vernietigen. Dit
kostte Aletrino het (toen formidabele) bedrag van 800,00.
- Jacob Israël de Haan kan gerekend worden tot de Tachtigers,
zeker wat betreft de 'woordkunst'.
- Hij is vooral bekend geworden door zijn dichtbundels.
- Jacob Israël de Haan sloot in 1907 een (schijn?)huwelijk
met Johanna van Maarseveen. Zij was gemeente-artis in Amsterdam.
- Hij werd privaat-docent in de significa aan de Amsterdamse
Universiteit.
- in juli en augustus reisde hij naar Rusland en bezocht daar
zeven gevangennissen en vier kolonies voor jeugdige delinquenten.
Hij schreef hierover artikelen voor 'De Beweging', later gebundeld
in 'In Russische gevangenissen' (1913).
- Jacob Israël de Haan promoveerde in 1916. Albert Verwey
weigerde als paranymf op te treden.
- Jacob Israël de Haan was bevriend met Abel Herzberg.
- Hij kwam weer terug tot het joodse geloof en vestigde zich
als journalist in Palestina. In 1919 werd hij daar lector.
- Hij gold als de eerste Nederlandse pionier naar Palestina.
- Hij nam een afwijkend standpunt in m.b.t. de Arabieren (fanatiek
rechts-radicaal). Hij nam actief deel aan het politieke leven
in Jeruzalem en kwam hierdoor in moeilijkheden. Hij werd zelfs
fervent anti-zionist.
- Hij kreeg dreigbrieven en zijn leerlingen staakten, omdat
ze geen les meer van hem wilden hebben.
- In 1924 werd hij (waarschijnlijk door extreme zionisten)
vermoord. Hij werd neergeschoten bij de poort van het Shaare-Zedek
(De Poorten der Gerechtigheid)-ziekenhuis. Dit was de eerste
nationaal-joods politieke moord in Palestina.
- Pas in 1985 kwam aan het licht wie de opdrachtgever tot deze
moord was: de schutter was Awraham Tehomi, de zionistische strijdbeweging
was de opdrachtgever. De opdracht was goedgekeurd door Jitzak
Ben Zvi, de latere president van Israel, opvolger van president
Weizmann. Men vond hem een 'lastpak'.
- Hij wed op 02-07-1924 begraven in Jeruzalem. Zijn begrafenis
werd een antio-zionisme demonstratie van minstens 5000 mensen.
- Zijn dood was internationaal nieuws. Er is een briefwisseling
bekend tussen Sigmund Freud en Arnold Zweig, waarin de dood van
De Haan ter sprake komt. Arnold Zweig baseerde zijn roman 'De
Vriendt kehrt heim' op het leven van De Haan.
- Op het Homo-monument in Amsterdam staat een regel van Jacob
Israël de Haan: "Naar vriendschap zulk een mateloos
verlangen" uit het gedicht 'Aan een jonge visser'.
Anderen over Jacob Israël de Haan:
- Mijnheer de Haan, Gister heb ik het door u uitgegeven boek
'Pijpelijntjes' gelezen. Het zal u duidelijk zijn, dat na het
verschijnen van dit boek, dat voor mij en zeker vele anderen
een zeer ongewenste verrassing was, uwe medewerking aan het Zondagsblad
van Het Volk moet eindigen. Wij wachten dus geen copy meer van
u. Met beleefde groet P.L. Tak. (De hoofdredacteur van 'Het Volk'
in een brief aan De Haan, geciteerd door W.F. Hermans in Houten
leeuwen en leeuwen van goud, blz. 315)
- Ik kan me heel goed begrijpen dat de heer Tak, na kennismaking
met dit misselijke product, z'n auteur, Jacob de Haan, onmiddellijk
de redactie van de kinderkrant ontnam. ... Er slaat den lezer
een vunze lucht tegemoet uit dat boek; schier iedere bladzijde
boezemt walging en afkeer in en men vraagt zich af: wàt
kan toch den auteur bewogen hebben zoo'n boek te schrijven -
tenzij dan de lust om eens iets buitengewoons te doen. (P.M.
Wink (1904) geciteerd in 'Het literair eeuwboek. Honderd jaar
het boek van het jaar')
- Gisteren bij Jacob de Haan, dien ik benijdde om zijn tocht
naar Rusland. Ik was blij voor hem. Hij kon nu al zijn speciale
talenten gebruiken. Zijn insolentie en roekeloze oprechtheid
zelfs ook. (Frederik van Eeden, Dagboek, 17-09-1912)
- Jacob Israël de Haan was één ding overduidelijk
niet: een burger. Daarvoor had hij oneindig te veel geest, oneindig
te veel hart. Hij was een van die menschen, die met een intellect
als weinigen en een werkkracht, die aan het onbegrijpelijke grenst,
geen carrière maken, omdat zij elk oogenblik bereid zijn,
de verkregenheden als stof van hun schoenen te schudden; een
zonderling, van wien men alles kon velen, als men zijn gevoel
voor humor deelde; bovenal: een hart van goud dat - weinig eigenschappen
lijken mij zóó hoog in een mensch aan te slaan
- geen oogenblik dupe van de menschen was en ze toch altijd met
zijn gedesabuseerde goedheid tegemoettrad. (J.C. Bloem, Geschenk
1933, blz. 161)
- De Haan was een intelligente, veelzijdige, temperamentvolle
persoonlijkheid met geniale trekken en vol tegenstrijdigheden.
Hij was vriendelijk en hooghartig, vitaal en berustend, kinderlijk
en geslepen, open en gelsoten. Wat vooral in hem treft is zijn
radicaliteit; hij was wars van elk compronis. (Jan Fontijn, NRC,
26-03-1982)
- Een protestantse Nederlandse theoloog, die De Haans gedichten
erg bewonderde, liep met hem door de straten van Jerusalem en
zag alle joodse jongeren, kinderen en jongens, die De Haan tegenkwamen,
op de grond spuwen. Het geneerde de theoloog nogal en hij zei:
'Dat doen ze ook niet uit achting voor u.' Waarop De Haan antwoordde:
Nee, uit achting voor u. Als u er niet bij was zouden ze me in
het gezicht spuwen.' (Victor E. van Vriesland, in: Jeroen Brouwers,
Zachtjes knetteren de letteren, blz. 27)
- Wanneer hij naar de Arabieren was overgelopen - en het zat
er dik in dat dat vroeg of laat zou gebeuren - zouden ze hem
op een gegeven moment beslist óók hebben vermoord.
Begrijp je, hij was z'controversieel dat hij eigenlijk in geen
enkele politieke groepering te plaatsen viel. (Abel Herzberg,
geciteerd in De Tijd, 29-01-1982)
Mijn favoriete citaat:
Als men zijn verleden kon vergeten
En zijn toekomst kon vermijden
Dan zou het heden
Nog wel eenige waarde hebben.
(Jacob Israël de Haan, Besliste Volzinnen)
Links:
Terug naar de eerste pagina /homepage
Citaten zoeken op trefwoord
Overzicht van trefwoorden
Citaten zoeken op auteur
Overzicht van auteurs
Overzicht van bibliografieën
Andere interessante internet-bladzijden
Vanaf 01-01-2002
Bronnen o.a.:
- P. van Renssen, Nieuwe Nederlandsche lyriek (1927)
- F. Baur e.a., De Nederlandse letterkunde in honderd schrijvers
(1952)
- P.H. Dubois, hedendaagse nederlandse kunst, letterkunde (1956)
- Lexicon van de moderne Nederlandse literatuur (1978)
- W.F. Hermans, Houten leeuwen en leeuwen van goud (1979)
- Querido's letterkundige reisgids (1983)
- Spectrum Nederlandstalige auteurs (1985)
- Winkler Prins lexicon van de Nederlandse letterkunde (1986)
- Prisma uittrekselboek Nederlandse Literatuur 1880-1945 (1992)
- Prisma van de pseudoniemen (1992)
- Oosthoek Lexicon Nederlandse & Vlaamse literatuur (1996)
- Encarta '98 (1997)
- Hans Heesen e.a., Waar ligt Poot (1997)
- Schrijvers. 2000 auteurs van de 20e eeuw van A tot Z (2002)
©2005 Mats
Beek, Veenendaal