Let op:
Deze site wordt niet meer aangepast en veroudert dus!
De site is verhuisd naar www.schrijversinfo.nl
Achternaam: Heijermans
Voornaam: Herman
Geboren: 03-12-1864
Te: Rotterdam
Overleden: 22-11-1924
Te: Zandvoort
Pseudoniem(en): Zijn eerste toneelstuk
'Dora Kremer' (1893) kreeg veel kritiek. Zijn tweede toneelstuk
'Ahasveros' (1893) publiceerde hij onder het pseudoniem Ivan Janckowitz.
dit had wel succes. 'Kamertjeszonde' verscheen onder het pseudoniem
Koos Habbema. Hij publiceerde schetsen
onder het pseudoniem Samuel Falkland.
Deze 'Falklandjes' werden ongekend populair. In totaal schreef
hij er ruim 600. Heijermans gebruikte ook de pseudoniemen: Ahasverus,
Dirk Akkerman, Barend Bof, Colijn, W.v.D., Deyssellianus, Emanuel
Diaz, Barendje Donderkop, Doria, Mr. Icarus Forens, Gerrit, Gerritje,
Frans Hoekstra, Ivan Jelakowitsch, Hendrik Kittelman, Hans Lidi
Ficor, S. Mons, Hans Müller, W. van de Mijnssum, Cali Nicta,
P. Peers, M. de Pinto, Heinz Sperber, J.W. Stoop, Koning Tempelman,
E.W. Thijssen en Herman van de Zandhoeve.
Voor tweedehands boeken |
Ook van Herman Heijermans |
Raban Internet Antiquariaat |
Klik
hier ! |
Werk:
Poëzie:
- Don Gables, Mijn eerste dichtstuk, een voorbode van anderen
die dit nog overtreffen zullen (drama in verzen, niet gepubliceerd)
(1880)
Proza:
- 'n Jodenstreek? (1892)
- Trinette (1893)
- Fleo (1893)
- Schetsen van Samuel Falkland (18 delen) (1897-1914)
- Sabbath (1897)
- Interieurs (1898)
- Kamertjeszonde (1898)
- Eerezaken (1903)
- Diamantstad (1904)
- Kleine verschrikkingen (schetsen) (1904)
- Drijvende klompjes (schetsen) (1904)
- Gevleugelde daden (schetsen) (1905)
- Biecht ener onschuldige (1906)
- Kleine vertelsels (1906)
- Wat niet kon (1907)
- Joep's wonderlijke avonturen (1907)
- 'n Wereldstad (1908)
- De roode Flibustier (1911)
- Duczika (1911)
- Droomkoninkje (1924)
- Levensschetsen (verhalen) (1924)
- Vuurvlindertje (1925)
- De moord in de trein (onvoltooid, afgemaakt door A.M. de
Jong) (1925)
- Keur uit de beste vertellingen van Samuel Falkland (Henri
Dekking/Frans Mijnssen) (1934)
- Wat niet kon en andere verhalen (bloemlezing uit de Falklandjes
door Simon Carmiggelt) (1964)
- Droompaard en andere Falklandjes (1964)
- Versterkende kip en andere Falklandjes (1965)
- S. Falkland, Schetsen en vertellingen (inleiding van W.J.
Simons) (1974)
- Snikken en smartlapjes (verz. en ingel. d. H. Heijermans)
(1976)
Toneel:
- Dora Kremer, Drama in vier bedrijven (1891/1892)
- Ahasverus, Dramatische episode in één bedrijf
(1893)
- Ego, Opstands-fantasie (1893)
- De zeven vette dagen, Blijspel-ontwerp (1901)
- Puntje, Politieke scherts in één bedrijf (1898)
- Het antwoord, Dramatische episode in één bedrijf
(1898)
- Het testament, Blijspel-ontwerp (1901)
- Ghetto, Een toneelspel in drie bedrijven (1898)
- Nummer tachtig, Dramatische fantasie in één
bedrijf (1898)
- De onbekende, Dramatische schets voor het volk (1899)
- De machien, Een volksdrama (1899)
- Het zevende gebod, Entre-acte muziek uit Manon Lescaut en
La Traviata (1899)
- Eén mei, Dramatische schets in één bedrijf
(1900)
- Op hoop van zegen, Spel van de zee in vier bedrijven (1900)
- De geduldige dood, Toneelspel (fragment) (1901)
- De lamp, Dramatisch gegeven in één bedrijf
(1901)
- Het pantser, Romantisch soldaten-spel in drie bedrijven (1901)
- Ora et labora, spel van het land in drie bedrijven (1902)
- Het kind, Drama in één bedrijf (1903)
- Nummer tachtig (1903)
- Het kamerschut, Klucht in één bedrijf (1903)
- In de Jonge Jan, Monologen-spel in één bedrijf
(1903)
- Schakels, Vrolijk spel van de huiselijke haard in vier bedrijven
(1903)
- Buren, Een blijspel (1903)
- Bloeimaand, Spel van de stad in drie bedrijven (1903)
- Saltimbank, Een toneelspel in één bedrijf (1904)
- Hans, Dramatische episode (1904)
- Allerzielen, Een zinnebeeldig spel in drie bedrijven (1904)
- Artikel 188, Een aktuele scherts in één bedrijf
(1905)
- De meid, Komedie van baat in twee bedrijven (1905)
- Feest, Een gevangenisschets in één bedrijf
(1906)
- De dasspeld, Bierhuiskluicht in een bedrijfje (1906)
- Kwelling, Een dialoog (1906)
- Verloving, Een fantasie (1906)
- Uitkomst, Spel van droom en leven in twee afdelingen (1907)
- Vreemde jacht, Een spel in drie bedrijven (1907)
- De grote vlucht, Satirieke komedie in vier bedrijven (1908)
- De opgaande zon, Een spel van de middenstand in vier bedrijven
(1908)
- De schone slaapster, Verbeeldingsspel in drie bedrijven en
in ritmisch proza (1909)
- Nocturne, Dramatische schets in één bedrijf
(1910)
- Verveling, Een monoloog (1910)
- Beschuit met muisjes, Een familie-gebeurtenis in drie bedrijven
(1910)
- Glück auf, Een spel van de mijnen in vier bedrijven,
zeven taferelen (1910)
- Brief in de schemer, Oogstmaandschets in één
bedrijf (1914)
- Een heerenhuis te koop, Monoloog (1914)
- De buikspreker, Groteske in één bedrijf (1914)
- Robert, Bertram en Comp., Klucht van schavuiten in drie bedrijven
(1914)
- Dageraad, Verbeeldingsspel in vier bedrijven (1906-1916)
- Eva Bonheur, Genoegelijk toneelspel in drie bedrijven (1916)
- De wijze kater, Een boosaardig sprookje in drie bedrijven
(1917)
- Pitten, Spel van de souffleur in één bedrijf
(1918)
- De vliegende Hollander of De grote weddenschap, Een blijmoedig
spel in vier bedrijven (1920)
- Van ouds "De Morgenster", Toneelspel in drie bedrijven
(1923)
- Verzameld werk. Toneel (3 delen) (1965)
Brieven:
- 1 brief van Herman Heijermans aan Israël Querido (29-10-1924)
in 'Briefgeheim', samengesteld door René van Stipriaan
(1993)
Vertalingen:
Vertaald:
- 'Op hoop van zegen' is in vele talen vertaald en gespeeld.
- Veel van zijn werk werd vertaald, zonder dat hij hier geld
voor kreeg. In Nederland was het auteursrecht onvoldoende beschermd.
Dit was voor hem een belangrijke reden om in 1907 in Berlijn
te gaan wonen.
- Zijn stukken zijn over de hele wereld met succes opgevoerd,
bijv. in Rusland, Japan en Israël.
- 'Ahasverus' werd in 1893 in Parijs gespeeld.
- 'Ghetto' werd in 1899 in Londen opgevoerd (in een uiterst
vrije bewerking).
- 'Schakels' werd in 1908 in Berlijn opgevoerd.
- 'Joep's wonderlijke avonturen', 'De rode flibustier' en 'Duczika'
zijn door Heijermans zelfi n het Duits vertaald. Tussen 1907
en 1912 verschenen ze als feuilleton in kranten in Berlijn.
Essays:
- Toneel en maatschapij (1899)
Bloemlezingen:
'Gebloemleesd'
Proza:
- 1 verhaal: 'Kliniek' in 'Aangename uren II', door F.J. Heeris
en W. Toose (1915)
- 2 verhalen in 'Het boek voor de jeugd', samengesteld door
Cor Bruijn, Arie Pleysier, Age Scheffer, Theo J. Thijssen en
Piet Schuhmacher (1937)
- 2 fragmenten 'Kliniek' en 'Eva Bonheur' in 'Oogst der tijden,
Keur uit de werken van schrijvers en dichter aller volken en
eeuwen', red. Johan Winkler (1940)
- 3 'Falklandjes' in 'Lachen is leven', bijeengelezen door
Mr. E. Elias en A. Duif (1958)
- 1 verhaal: 'Levensloop' in 'Nederlandse schrijvers en schrijfsters
II', L. Leopold (17e druk, 1961)
- 1 boek 'Duczika' in 'De tweede grote vier omnibus' (1963)
- 1 fragment: 'Bezoek van de familie Knellies aan de Rotterdamsche
diergaarde' in 'Jong gedaan. Kinderwerk en beginnerswerk van
28 auteurs' (1968). Hij schreef dit fragment toen hij 17 jaar
was.
- 1 toneelstuk: 'Uitkomst' in: 'Spectrum van de Nederlandse
Letterkunde 22, Werkmansboekje, Sociale bewogenheid in de literatuur
rond 1900', samenstelling, inleiding en toelichting Dr. M.C.A.
van der Heyden (1971)
- 1 verhaal: 'Bartje' in 'Brokkelpak. Een boek vol verhalen,
gedichten, puzzels, spelletjes en wetenswaardigheden', samengesteld
door T. van Deel (1972)
- 1 verhaal: 'Angstavond' in ''s Werelds beste korte verhalen',
door Readers Digest (1973)
- 1 verhaal: 'Fondant' in 'Verhalen rond 1900. Oorspronkelijk
werk uit de periode 1885-1915', gekozen door Wim Zaal (1978)
- 1 'Falkland' en twee fragmenten in 'Het land der letteren',
samengesteld door Adriaan van Dis en Tilly Hermans (1982)
- 2 citaten in 'Kosmos groot citatenboek' (1986)
- 1 verhaal: 'Idylle' in 'Vriendschap en andere verhalen',
samenstelling Nanda Meijnen en Jaap Voerman (1993)
- 1 verhaal: 'Basje' in 'Kort. Honderd Nederlandse en Vlaamse
verhalen uit de twintigste eeuw', bijeengebracht door C.J. AartsM.C.
van Etten (1993)
- 1 verhaal: 'Monna Vanna' in 'Tussen droom en dood. Verhalen
uit de negentiende eeuw', samengesteld door Sjaak Hubregtse,
Zilverschoonreeks (z.j.)
- 1 fragment uit 'Op hoop van zegen' + een foto van zijn graf
in 'Alleen de dood is tussen u en mij. Literaire dodenkalender
van de twintigste eeuw', samengesteld door Dirk Baartse e.a.
(2000)
Tijdschriften:
- In 1891 debuteerde hij met een artikel in het 'Zondagsblad'
van zijn vader. Hij schreef schetsen onder het pseudoniem Doria
en begon een toneelrubriek in het 'Zondagsblad'.
- In 1892 plaatste 'De Gids' de novelle 'Een jodenstreek' van
Herman Heijermans.
- Herman Heijermans werd in 1892 journalist bij 'De Telegraaf'.
Hij schreef een toneelrubriek onder pseudoniem Gerrit en vanaf
1894 onder het pseudoniem Samuel Falkland jr. In 1896 nam hij
ontslag.
- Na zijn ontslag bij 'De Telegraaf' plaatste het 'Algemeen
Handelsblad' zijn Falklandjes. In totaal schreef hij er meer
dan 800.
- Herman Heijermans richtte in 1897 zijn eigen tijdschrift
op: 'De Jonge Gids'. Hierin bekritiseerde hij onder pseudoniem
allerlei (sociale) misstanden. Hij leidde dit tijdschrift tot
1901. Onder het pseudoniem 'Koos Habbema' publiceerde hij in
dit blad de roman 'Kamertjeszonde'.
- Herman Heijermans was redacteur van 'De Nieuwe Tijd', 'De
socialistische gids' en 'De Groene Amsterdammer'.
- Toen hij in Berlijn woonde schreef hij voor 'Berliner Tageblatt'
(Falklandjes), 'Vossische Zeitung', 'Vorwärts' (toneelkritieken),
'Die Woche' (schetsen) en 'Frankfurter Zeitung' (een feuilleton).
- Om zijn schulden in te lossen schreef hij aan het eind van
zijn leven voor veel kranten en tijdschriften tegelijk: 'De Telegraaf',
'Het Leven', 'De Groene', 'Het Volk', 'Astra' en 'De Oprechte
Haarlemmer'.
Diversen: (Zonder een schijn
van volledigheid)
- Berliner Skizzenbuch (1908)
- M. Heijermans-Peers, 'Met Herman Heijermans in hemel en put'
(1928)
- Een bijdrage: 'Herman Heijermans' met een portret en een
overdruk van een handschrift in 'Geschenk 1933', door Frans Mijnssen.
- Dr. G. Karsten, 'Herman Heijermans, novellist, romancier,
dramaturg' (1934)
- Seymour L. Flaxman, The dramatic work of Herman Heijermans
(1954)
- G. Borgers e.a., Schrijversprentenboek 11 (1964)
- Annie Heijermans-Jurgens (de weduwe van Herman) schreef 'Herman
Heijermans' laatste levensjaren' (1965)
- C.A. Schilp, 'Herman Heijermans' (1967)
- 'De opgaande zon' verscheen als Bulkboek 80.
- Zijn dochter Hermine schreef: Mijn vader Herman Heijermans;
leven naast roem (1973)
- 'Vrij Nederland' wijdde op 24-01-1981 een themabijlage aan
Heijermans: 'Herman Heijermans in de politiek'.
- Kniertje Vermeer uit 'Op hoop van zegen' werd door Inez van
Eijk en Rudi Wester beschreven in hun 'Honderd helden uit de
Nederlandse literatuur'.
- 'Op hoop van zegen' werd in 1986 verfilmd door Guido Pieters.
Eerder was het al verfilmd in 1919 en 1933.
- 'Op hoop van zegen' (toneelstuk en scenario) verscheen als
Bulkboek 158.
- 'Schetsen' werd in 1986 doorC.J. Aarts en N. van der Meulen
in hun boek 'Het literair eeuwboek. Honderd jaar het boek van
het jaar' uitgeroepen tot het beste boek van 1896.
- F. Lambrechts en A. Japin schreven het toneelstuk Heijermans!
Het werd in 1991 met veel succes opgevoerd.
- Hans Goedkoop, 'Geluk. Het leven van Herman Heijermans' (1996).
Hans Goedkoop kreeg voor deze biografie de 'Dordtprijs voor biografie
1997'.
Opmerkingen:
- Herman Heijermans werd geboren in Rotterdam, Schiedamse Singel
192. Als oudste zoon van Herman Heijermans Sr. (journalist) en
Mathilde Spiers. Hij had drie oudere zussen, in totaal waren
er 11 kinderen. Hij was van joodse afkomst.
- Na zijn eindexamen HBS kwam hij via een kennis van zijn vader
bij de Wissel- en Effectenbank.
- Via zijn zussen kwam hij bij een 'literaire krans', waar
hij Betsy Vles (dochter van een belangrijke concurrent van zijn
werkgever) ontmoette. Hij schreef gedichten voor haar en in 1886
verloofden ze zich.
- In 1887 begon hij voor zich zelf in de lompenhandel. Dit
werd een fiasco. Op oudejaarsavond verbrak Betsy Vles de verloving.
- Via een erfenis van zijn moeder konden de schulden ingelost
worden. Hij huurde een kamer en begon een handel in huishoudelijke
artikelen. Dit liep niet, vooral niet omdat hij er zich niet
echt voor inzette. Hij schreef liever.
- In 1891 debuteerde hij met een artikel in het 'Zondagsblad'
van zijn vader.
- In 1892 verhuisde hij naar de 'Pijp' in Amsterdam en werd
journalist/toneelcriticus bij 'De Telegraaf' (die net was opgericht).
- Hij ging samenwonen met Marie S. Peers. Haar man was zijn
geluk gaan zoeken in Amerika. Vanuit Amerika liet hij een echtscheiding
regelen en eiste de twee kinderen uit het huwelijk op. In 1898
Trouwden Heijermans en Marie Peers.
- Zijn roman 'Kamertjeszonde' was een protest tegen de 'drukkende
huwelijkswetten' (en een reactie op zijn verhouding met Marie
Peers). Het verscheen eerst in 'De Jonge Gids', onder het pseudoniem
Koos Habbema.
- Hij was een overtuigd socialist. Zijn toneelwerk was realistisch
en sociaal geëngageerd. Hij werd in 1895 lid van de SDAP.
Ook uit zijn toneelwerk blijkt (soms) zijn socialistische overtuiging,
bijv. in 'De machien' (1899).
- In 1896 nam hij ontslag bij 'De Telegraaf'. Hij werd journalist
bij het 'Algemeen Handelsblad'. Hij ging met Marie Peers in Wijk
aan Zee wonen.
- Herman Heijermans verwierp het individualisme van de 'Tachtigers'.
Lodewijk van Deyssel was enthousiast over zijn roman 'Diamantstad'
(1904) en noemde het uitnemende literatuur. Met toestemming van
Heijermans plaatste Van Deyssel fragmenten van 'Diamantstad'
in 'Tweemaandelijks Tijdschrift'. Heyermans reageerde: 'Ik vermeende
te schrijven een deel van ellende-epos-gij kijkt over die ellende
heen, vermeit U in de úitmintende literatuur' op die gruweltoestanden
geïnspireerd.
- In 1898 gingen ze weer in Amsterdam wonen, aan de Ringkade
(nu Transvaalkade).
- 'Op hoop van zegen' schreef hij voor 'De Nederlandsche Tooneelvereeniging'
- Het publiek bewonderde zijn stukken. De critici waren vaak
smalend en verweten hem 'tendenz-kunst'. Heijermans liet daarom
premieres vaak op de avond voor Kerst plaatsvinden. Er waren
dan drie (stampvolle) voorstellingen, voordat de kranten met
kritieken konden komen. De mond-op-mond-reclame moest het stuk
dan door de officiele kritiek heen helpen.
- Nu wordt zijn toneelwerk wel vergeleken met dat van Ibsen
en Hauptmann.
- In 1901 verhuisden ze naar Katwijk. De buurt kende de roman
'Kamertjeszonde' en accepteerde het echtpaar niet, totdat ze
hun trouwboekje, voor iedereen zichtbaar, achter het raam hadden
geplakt.
- In 1902 werd hun dochter Hermine geboren(1902-1983). Zij
werd ook bekend als schrijfster en voorvechtster van de onafhankelijkheid
van de vrouw.
- In 1904 verhuisden ze naar de Badhuisweg in Scheveningen.
- Van 1907 tot 1912 woonde en werkte hij in Berlijn. Eén
van de redenen hiervoor was dat in Nederland het auteursrecht
onvoldoende beschermd werd en Heijermans daardoor veel inkomsten
van vertalingen (en regelrecht plagiaat) misliep. Ze moesten
geld lenen om dit nieuwe leven in Berlijn te kunnen beginnen.
- In 1912 richtte hij (terug in Amsterdam) een eigen gezelschap
op (De Toneelvereeniging). Hij leidde dit gezelschap tot 1921
met strakke hand.
- In 1918 scheidde hij van Marie Peers. Nog geen maand later
trouwde hij met Annie E. H. Jurgens, een jonge actrice.
- In 1921 moest hij zijn toneelgezelschap ontbinden. Hij weigerde
failliet te gaan. Hij stelde zich persoonlijk garant en trof
schikkingen. Om geld te verdienen schreef hij op een zolderkamertje
aan de Keizersgracht op maandag een 'Vuurvlindertje' (voor 'De
Telegraaf), op een dinsdag een 'Droomkoninkje' (voor 'De Telegraaf'),
op woensdag 'De moord in de trein' (voor 'Het Leven'), op donderdag
'De man zonder tranen' (voor 'De Groene') en op vrijdag 'Barbertje
Snik' (voor 'Het Volk'). 's Avonds thuis schreef hij nog 'Niki'
(vor het weekblad 'Astra'), een schets voor 'De Oprechte Haarlemmer'
en verder Falklandjes voor een nieuwe bundel en toneelkritieken
voor wie er maar om vroeg.
- In 1924 werd hij geopereerd aan een pijnlijke knobbel onder
zijn tong (van het klemmen van zijn pijp dacht hij, maar het
bleek kanker te zijn). Dit bracht allerlei complicaties met zich
mee. Hij kon nauwelijks meer spreken en kon alleen vloeibaar
voedsel tot zich nemen. Hij verzwakte en voelde zijn einde naderen.
Op 22 november 1924 overleed hij, vlak voor zijn zestigste verjaardag
in zijn huis 'De Zandhoeve' in Zandvoort.
- Herman Heijermans werd op 26-11-1924 begraven op begraafplaats
Zorgvliet in Amstelveen (graf N-I-II123) De begrafenis werd betaald
door de SDAP, waar wel kritiek op kwam, want Heijermans had in
armoe geleefd tot het eind, dan had de partij beter eerder wat
voor hem kunnen doen.
- De populariteit van zijn 'Falklandjes' is te vergelijken
met de populariteit van )e 'Kronkels' van Simon Carmiggelt.
- Terugkerende thema's in zijn toneelwerk zijn het verzet tegen
de gevestigde orde en de zuiverheid en onschuld van vrouwen en
kinderen.
- In Amsterdam werd een borstbeeld van Heijermans geplaatst.
Oorspronkelijk in het Vondelpark, later aan het Leidsebosje.
In 1934 werd het wegens beschadiging vervangen door een tweede,
iets gewijzigd borstbeeld. In 1940 werd dit vanwege beschadinging
weer weggehaald. In 1964 werd het borstbeeld voor de derde keer
opgericht.
Anderen over Herman Heijermans:
- Holland stak de trompet, de Minister blies mee,
Zelfs van Rechts klonk een zedig bazuintje
Bij zijn dood (politiek voor de SDAP Een fortuintje)
Ook zijn boeken gaan best nu; men schrijft en men leert
Dat zijn werk onvergankelijk groot is,
Dus zoo zie je hoe Nederland Heijermans eert - Nu hij dood is.
(Charivarius, Heijermans, 2e en 4e strofe)
- Wat is er met het borstbeeld van Herman Heijermans niet gesold!
En nog altijd, wanneer uit de rijen der analfabeten, nooit te
beroerd om alles wat het kleine beetje verstand wat ze bezitten
te boven gaat kranig tegemoet te treden, iemand het gezicht van
Heijermans voor de zoveelste maal met paarse polkadotten of rode
runen heeft beklad (de viltstift en de verfspuitbus zijn de zeis
en de hooivork van deze tijd, de wapens van het klompenvolk),
duurt het maanden voordat er, in opdracht van de gemeentereinigingsdienst,
een schoonmaker komt aansukkelen om de kop op z'n elfendertigst
op te poetsen (Gerrit Komrij, Het boze oog).
Mijn favoriete citaat:
Lezen, waarlijk lezen doet alleen nog
de man die ervoor betaald wordt,
wiens broodje ervan afhankelijk is:
't ding criticus.
(Herman Heiermans, Aan de schrijver van
'Onder de mensen')
Links:
Terug naar de eerste pagina /homepage
Citaten zoeken op trefwoord
Overzicht van trefwoorden
Citaten zoeken op auteur
Overzicht van auteurs
Overzicht van bibliografieën
Andere interessante internet-bladzijden
Vanaf 08-04-1999
Bronnen o.a.:
- Singel 262. Tweeëntwintig biografieën (1950)
- De tweede grote vier omnibus (1963)
- Herman Heijermans, Verzameld werk. Toneel (3 delen) (1965)
- Wie is die.... Auteurs van Singel 262 (1966)
- Lexicon van de moderne Nederlandse literatuur (1978)
- Het land der letteren (1982)
- Spectrum Nederlandstalige auteurs (1985)
- Winkler Prins Lexicon van de Nederlandse letterkunde (1986)
- Bulkboek 158: Op hoop van zegen (1986)
- Prisma uittrekselboek Nederlandse Literatuur 1880-1945 (1992)
- Prisma van de pseudoniemen (1992)
- C. Gerritsma, Schrijvers van vroeger (1995)
- Oosthoek Lexicon Nederlandse & Vlaamse literatuur (1996)
- Encarta '98 (1997)
- Hans Heesen e.a., Waar ligt Poot (1997)
- Schrijvers. 2000 auteurs van de 20e eeuw van A tot Z (2002)
©2005 Mats
Beek, Veenendaal