Vakantie Canada Zuid-Oost (2002) Foto-reportage en reisverslag Halverwege Augustus 2002 hebben wij (Henry Jonker en Marcel Jonker) een vakantietrip gemaakt door het Zuidoosten van Canada. Daarbij zijn we per huurauto rondgetrokken door de Canadese staten Nova Scotia, New Brunswick en het zuiden en midden van Quebec en Ontario. Van zaterdag 10 tot zondag 25 augustus 2002 (twee weken) hebben we de route gevolgd die staat aangegeven op de kaart (ca 6200 km). Daarna ben ik (Henry) nog een week in Toronto gebleven voor een congres. Ter voorbereiding van de vakantie heb ik gebruik gemaakt van Lannoo's Reisgids Canada Oost, de Hildebrand's Road Atlas Canada the East (1:1500.000) en diverse reisbrochures. Gereden route door het zuidoosten van Canada We vertrekken zaterdag 's morgens al vroeg uit Epe zodat we op tijd op Schiphol zijn voor onze vlucht naar Londen. Vanaf Londen vliegen we verder naar het beginpunt van onze reis, Halifax. Het is een dag met veel wachten, paspoort- en bagagecontroles. De reis verloopt prima, en nadat we onze bagage en de huurauto (een rode Ford Focus, met nog maar 10.000 km op de teller) hebben kunnen we op zoek naar proviand voor de eerste dagen. Bij Eric Reel Shop in Dartmouth vinden we Campingaz voor onze Coleman branders. Het is al laat, maar de vriendelijke eigenaar opent de zaak (in een schuur achter het huis) speciaal voor ons. Hij wijst ons de weg naar een leuke camping; Shubie Campground. Daar zetten we de tent op en organiseren de bagage. Daarna hebben we tijd om bij te komen van een lange en vermoeiende dag. Halifax - Vuurtoren bij Peggy's Cove Zondag 11 augustus staan we al weer vroeg op. We rijden langs Halifax en bezoeken Peggy's Cove. Het oude dorpje wordt omgeven door imposante rotsen. As wij er aan komen ligt het verhuld in een sprookjesachtige nevel. Langzaam trekt de mist op. Aan de kust staat de bekendste vuurtoren van Canada, die tevens wordt gebruikt als postkantoor. We rijden nog wat verder langs de zuidkust en steken dan landinwaarts richting Minas Basin; een van de uitlopers van de Fundy Baai. Rijdend langs de 215 kijk je uit over het rood gekleurde water. Via Highway 104 rijden we naar Cape Breton Island. Aan de kust langs de Ceilidh's trail vinden we een camping. Cabot trail - uitzicht bij Meat Cove - Flowerpot Rocks bij Hopewell Maandag rijden we over de prachtige Cabot Trail langs de St. Lawrence Baai. Het Cape Breton Highlands nationale park is vrijwel onbewoond en heeft een prachtige steile en golvende kustlijn. Bij Cape North maken we nog even een ommetje naar Meat Cove, een kleine visserhaven. Vlak daarvoor vinden we langs de zandweg een prachtige picknickplek. Aan de oostkust heb je nog een mooi uitzicht vanaf de 366 meter hoge Cape Smokey. Vervolgens rijden we via highway 103 weer naar het vaste land van Nova Scotia waar we weer een camping vinden. Overdekte brug - Kamperen in het Fundy nationale park Dinsdag rijden we naar New Brunswick. Aan de Petitcodiac rivier bij Moncton kun je al duidelijk zien dat het getijdeverschil aan de Fundy baai extreem is. Twee keer per dag vult de rivier zich met water. Als wij er langs rijden zien we voornamelijk de roodbruine modder. We rijden naar Chignecto Bay, waar het getijdeverschil opzienbarend is. De zeespiegel kan hier wel tot 15 meter dalen of stijgen. Bij Hopewell bekijken we de bloempoteilanden (Flowerpot Rocks). Verder langs de 915 bekijken we nog de vuurtoren op Cape Enrage. In het nationale park van Fundy vinden we bij de camping Chignecto South nog een hele mooie, bijna vrij-kampeer, plek. Uitzicht achter overdekte brug - Dickson watervallen - Rotseiland bij Pokeshaw Woensdag 's morgens wandelen we naar de landuitsprong Matthews Head bij point Wolve. Op de weg naar Point Wolve rijdt je door een aparte historische overdekte brug; een van de symbolen van de provincie New Brunswick. Verder maken we nog een wandelingetje naar de Dickson watervallen. We verlaten het park aan de noordkant en gaan door het binnenland van New Brunswick naar Newcastle. Daar gaan we verder langs de Acadische kust. Dat blijkt een enorme tegenvaller; in plaats van een mooie kustlijn zie je alleen maar huisjes en nog eens huisjes van voornamelijk extreem nationalistische franstaligen. Er is veel vlagvertoon op zowel de huizen als de auto's. Bij Pokeshaw zien we nog wel het mooie rotseiland met een ongewoon hoge rotswand. Bij Nigado zetten we de tent op bij camping Haché. Typische trucks in Canada - Kamperen aan de St. Lawrence rivier We gaan naar de provincie Québec en verzetten de tijd een uur. We gaan nu maar niet langs de Gaspé kust, maar nemen route 299 door de Notre Dame bergen, het nationaal park Gaspésie en het Chic-choc reservaat. Tijdens een wandelingetje naar het dierenmeertje (Lac des Animaux) begint het te gieten en te onweren. Drijfnat komen we bij de auto; volgende keer toch maar een paraplu mee nemen. Een eindje verder staan we met de auto bij een afgrond waar we een immens onweer spektakel kunnen aanschouwen. De kust van Mont St-Pierre tot St-Anne-des-Monts is prachtig. Steile wanden en watervalletjes. Voorbij Fellicité vinden we een zeer eenvoudige camping aan de St. Lawrence rivier. Op vrijdag 16 augustus steken we de St. Lawrence rivier over. We nemen het pontje van Matane naar Baie-Comeau. Helaas zien we geen walvissen gedurende de 2.5 uur durende overtocht. Via de Noordelijke oever gaan we richting Québec. Enkele stukken zijn de moeite waard, maar over het algemeen valt het landschap wat tegen. We nemen na het pontje bij Tadousac de 170 landinwaards. Bij Petit Saguenay vinden we een camping aan het Saguenay 'fjord'. Saguenay fjord - Meertje in het bosgebied langs de 167 Zaterdag gaan we verder landinwaards. Bij Chicoutimi is het even lastig om de goede weg te vinden. Voorbij het vlakke gebied rondom het St-Jean meer gaan we via de 167 door het nationaal park Chibougamau. Het is hier net Zweden. We zien moerasjes, stroompjes en vele meertjes. Ook hier zien we niet echt een goede mogelijkheid om vrij te kamperen, zoals we gewend waren in Scandinavië. Het is hier dan ook eigenlijk officieel niet toegestaan. Dus gaan we aan het Opèmisca meer, maar naar een camping waar we een mooie plek krijgen. Brede lange rechte wegen door Canada - Lake Superior We rijden zondag verder door het Noorden van Québec over de 113. Het landschap varieerd weinig. Via de 117/66 rijden we weer naar Engelstalig gebied; we komen aan in de Provincie Ontario. Aan de Sesekinika, net voorbij Kirkland, vinden we weer een geschikte camping. Via Timmins rijden we over de 101 verder naar het westen naar Lake Superior. Het gebied waar we doorheen trekken draait vooral om de mijnbouw en hout. We zien diverse erts-mijnen en houtzagerijen. Het landschap wordt ook wat gevarieerder; wat rotsachtiger en meer hoogteverschillen. Het begint wat dat betreft al wat meer op Noorwegen te lijken. Vooral rondom het plaatsje Wawa is het prachtig. We gaan naar het Lake Superior Provinciale Park en zien het immense zoetwatermeer. We zetten de tent op bij camping Rabbit Blanket Lake. Wandelroute langs stroomversnellingen en watervalletjes in het Lake Superior Provincial Park Dinsdag 20 augustus bekijken we het park. We rijden een zandweggetje (14 km) naar de kust, maar dat blijkt alleen een plek voor kanovaarders en niet echt de moeite waard. We volgen een eindje verderop een zeer fraaie wandelroute langs stroomversnellingen en watervalletjes. Een leuke tocht. We verlaten het park aan de zuidkant en volgen highway 17 langs Sault Ste. Marie en North Channel. Net voorbij de aflag naar Elliot Lake (waar we ook nog even naartoe rijden) vinden we een camping. Waterval bij Kagawong - Wikwemikong - Kust bij Bruce Peninsula We gaan woensdag naar Manitoulin Island; naar de indianen reservaten. Het lijkt meer dan het is. Ze wonen allemaal in normale huizen en er lijkt weinig meer overgebleven van de oude cultuur. Behalve de waterval bij Kagawong en de 'historische' gebouwen bij Wikwemikong is er niet veel te zien. Ook het landschap valt tegen. Nadat we diverse plaatsjes hebben bekeken gaan we naar South Baymouth. Daar moeten we nog 2.5 uur wachten op de veerboot. Bij Tobermory vinden we weer een camping. Het Bruce Peninsula National Park is aardig, maar niet bijzonder. Het derde weggetje dat we in rijden richting de Georgian Bay biedt een mooi uitzicht op de steile rotswanden. De rest van de dag volgt een saaie rit naar het zuiden van Ontario. Voorbij Cambridge vinden we met moeite een camping. Eten doen we vandaag in het donker. Niagara watervallen We bezoeken vrijdag 23 augustus de indrukwekkende Niagara watervallen, Met name de Canadese Hoefijzer-vormige waterval is imposant. Een uitstapje naar de USA kant valt niet mee. Na het invullen van diverse formulieren voor Visa en betaling van 6 dollar pp kunnen we erin. Het uitzicht is hier een stuk minder, maar je staat wel weer dichter bij de watervallen. De terugweg naar Canada gaat gemakkelijker. Aan het Erie meer vinden we een kampeerplek voorbij Pont Colborne. Uitzich op Toronto vanaf de eilandjes voor Toronto - Centrum Zaterdag 24 augustus gaan we naar Toronto. Het valt ons reuze mee hoe gemakkelijk je nog met de auto kunt rijden in zo'n grote stad. We kijken in het Centrum, waar "The Residence" en het "Royal York Hotel" zich bevinden. Daar zal ik (Henry) de komende week verblijven voor een congres. Enkele gebouwen in Toronto - Toronto bij nacht We wandelen door het centrum en bezoeken de Skydome. Een mooi stadion, met een unieke dakconstrcutie waarbij de panelen kunnen draaien om het dak te openen. We gaan even naar het vliegveld "Pearson" en de Herz-autoverhuur om te kijken hoe alles de volgende dag geregeld kan worden. Ten noorden van Toronto vinden we de laatste camping. The Residence Hotel - Park op een eilandje voor Toronto - CN Tower bij nacht Zondag is de vakantie alweer afgelopen. Nadat Marcel mij heeft afgezet bij The Residence in Toronto, gaat hij verder naar het vliegveld en naar Nederland. Een kleine week later zal ik ook terugvliegen. Skydome stadion van binnen - Uitzicht vanaf CN tower over Toronto en de eilanden Ik (henry) verblijf nog een weekje in Toronto voor een NMR congres (ICMRBS). Gelukkig is er ook nog tijd om wat meer van de stad te zien. Een bezoekje aan de Eilandjes voor Toronto. Daar heb je een prachtig uitzicht over de skyline van de stad. Verder bezoek ik nog de CN Tower, de Universiteit, Chinatown, etc. Zaterdag 31 augustus is dan voor mij de vlucht terug naar Nederland. |