|
Geboren legendeSteven Spielberg is een instituut op zich, zoveel is zeker. Visueel, narratief en commercieel is hij ontegensprekelijk een genie, maar daarom is hij nog niet de lieveling bij de critici. Succesvol wil immers bij definitie zeggen dat het niet goed kan zijn. Hoge bomen vangen veel wind, en Spielberg zal het geweten hebben. Zijn curriculum baadt in het licht van de parels, die voor eeuwig gegrifd zullen staan in de annalen van de filmgeschiedenis, maar wanneer hij ook maar een steek durft laten vallen staat de vitriool klaar. Negentig procent perfectie staat immers gelijk met een verkwisting van al dat talent. Als geen ander wordt hij verweten te sentimenteel uit de hoek te komen, en het bioscooppubliek schaamteloos emotioneel te manipuleren en naar z'n hand te zetten. En net als die andere grote genieeen George Lucas, James Cameron, Stanley Kubrick, Orson Welles en Alfred Hitchcock houdt hij graag de touwtjes in handen, weet wat hij wil, weet wat hij kan, en weet vooral wat hij doet. Buiten die enkele uitschuivers natuurlijk, waarbij zijn bijna-goddelijke status menselijke allures kreeg. Vol gebreken. Maar die menselijk kant zorgde dan ook voor die ene parel die Spielbergs schaduw over alle andere meesterwerken deed vallen: Schindler's List. Het was voor hem de culmulatie van een bewogen persoonlijk en emotioneel leven dat begon op 18 december 1947 in Cincinnati. Het was het begin van een legende die Spielberg zelf maar al te graag in leven hielp houden. Hoe hij als zestienjarige snotaap zijn 135 minuten durende Firelight (1964) (de voorbode van Close Encounters, en zijn eerste echte langspeelfilm) in een heuse filmzaal in wereldpremiere liet gaan, hoe hij vier jaar daarvoor reeds de toestemming kreeg om voor zijn kortfilm Fighter Squad (1960) in een echt gevechtsvliegtuig opnames te maken. Het was echter het 26 minuten durende Amblin' (1968) die de deuren zou openen in Hollywood. Het mooiste verhaal dat een eigen leven is beginnen leiden is de manier waarop de jonge Spielberg zich in Universal binnenblufte. Gekleed in een net pak en met een aktentas onder de arm staptje hij doodgemoederd langsheem de bewaking, vond er een leegstaand kantoor, maakte zijn naambordje en bleef er twee jaar zijn ding doen. Maar legendes zij legendes en bovenstaand verhaal wordt door heel wat getuigen tegengesproken. Dat de grote Hitchcock hem op de set van Family Plot niet wilde ontmoeten zou dan wel weer waar zijn. Amblin bracht hem binnen bij Universal, waar hij in 1969 zijn eerste episode voor Night Gallery mocht inblikken. Daarna volgde onder meer nog de pilootfilm van Colombo met Peter Falk, maar zijn talent werd pas algemeen aanvaard toen hij in 1971 het geniale Duel draaide. In Amerika was de film enkel op de buis te zien, waarna een 18 minuten langere versie in Europa in de zalen kwam. Nu en dan zou hij nog voor televisie werken (onder andere voor zijn Amazing Stories reeks), maar enkel het grote scherm kon een dergelijk talent aan. En meteen begon ook Spielbergs echte levensverhaal als een rode draad door zijn werk te lopen. Als kleine jongen werd hij immers (mede door zijn Joods zijn) gepest op school, terwijl hij dan weer zelf zijn zussen terroriseerde. Zijn ouders gingen uit elkaar, en pas na een op de klippen gelopen huwelijk met Amy Irving vond hij het huwelijksgeluk bij Kate Capshaw. Elementen die uitgebreid terug te vinden zijn in zijn oeuvre. Van de alleenstaande moeder in E.T., zijn onvermogen om op te groeien in Hook, zijn Joodse afkomst in Schindler's List en zijn eigen vader zijn (onder meer het zwarte kind van Jeff Goldblum in The Lost world). Na The Sugarland Express (1974 schreef hij in 1975 geschiedenis door met Jaws het blockbusterfenomeen op gang te trekken. Twee jaar later zou zijn vriend George Lucas die trent met Star Wars nog versterken. Met Jaws was zijn naam gemaakt, maar het had anders kunnen uitdraaien. De film was immers een hel geweest om te maken, onder meer door een falende mechanische haai en een steeds wijzigend script. Echt veel beelden van de haai had Spielberg niet, waardoor hij genoodzaakt was om vooral te suggereren, iets wat mede dankzij de geniale muziek van John Williams wonderwel lukte. Zijn genialiteit wat verhaal en beedmanipulatie betreft (denk maar aan de beruchte omgekeerde zoom) was toen reeds duidelijk, alhoewel monteuze Verna Fields zeker evenveel krediet verdient. Meteen is ook duidelijk dat Spielberg zich als elk ander genie zich weet te omringen met de allerbesten. Componist John Williams is zijn meest beroemde medewerker, maar daarnaast werkte hij met de beste directors of photography, van Allen Daviau, tot Vilmos Zsigmond, William A. Fraker, Dean Cundey en Janusz Kaminski. En als hij effecten nodig had, van de baanbrekende dino's uit Jurassic Park, tot het meisje met de rode jas, dan klopte hij steevast aan bij Industrial Light and Magic. In 1977 maakte hij Close Encounters of the Third Kind, dat later als een typische Spielberg-film zou bestempeld worden, maar die door menig critici werd afgekraakt wegens te langdradig, te melig en te naief. Twee jaar leter waagde hij zich met 1941 aan een komedie en meteen leek het wonderkind uitgeblust. Visueel was het zoals steeds een pareltje, met onder meer een aantal indrukwekkend miniatuuropnames, maar de humor sloeg helemaal niet in. Het zou die ene grote zwarte vlek uit zijn carriere blijven. Spielberg, die maar al te graag het publiek wilde gunstig stemmen ging in op het voorstel van George Lucas om een nieuwe avonturier in het leven te roepen: Indiana Jones, en meteen was een icoon geboren. Raiders of the Lost Ark (1981) betekende ook op professioneel vlak een ommekeer voor Spielberg. Vanaf nu zou hij zijn films onder budget en goed op tijd afleveren. Voor hij zijn volgende meesterwerk inblikte produceerde hij nog Poltergeist (alhoewel beweerd wordt dat hij regisseur Tobe Hooper wat teveel op de vingers keek). E.T. The Extra-Terrestrial (1982) werd een monsterhit, terwijl het ook Spielbergs meest intieme film is. De film, die voor heel veel gesnotter zorgde groef echter nog maar eens een diepere kloof tussen zijn voor- en tegenstanders. Ofwel vond je jezelf terug in zijn kinderwereld, ofwel baalde je van de sentimentaliteit. Het bevestigde echter zijn reputatie om met kinderen te kunnen werken (nog zoiets waar zijn tegenstanders van balen), en leverde meteen ook zijn logo voor het in 1984 opgerichte produktiehuis Amblin (samen met Frank Marshall en Katleen Kennedy). E.T. werd echter commercieel uitgemelkt, maar de grootste teleurstelling moest nog volgen. Spielberg was terecht genomineerd als regisseur, maar moest het in de oscarrace onbegrijpelijk afleggen tegen Ghandi. Het was meteen ook het begin van een donkere periode. In 1983 kwam hij in een zeer negatief daglicht te staan toen twee kinderen en een piloot omkwamen in een helikopterstunt voor Twilight - The Movie, en ook Indiana Jones and the Temple of Doom (1984) werd door de critici niet al te gunstig ontvangen omwille van de duistere ondertoon. Het dieptepunt kwam er echter in 1985 toen hij zwaar onder vuur werd genomen voor The Color Purple. Hij werd verweten dat hij het boek van Alice Walker tezeer als een blanke had benaderd, en de lesbische ondertoon uit het boek had onderdrukt. De genadeslag kwam er echter op de oscaruitreiking. Niettegenstaande het commercieel succes (147.2 miljoen dollar tegenover 15 miljoen dollar productiekosten) en de elf oscarnominaties werd Spielberg volledig over het hoofd gezien. Hollywood was geshockeerd door de manier waarop The Academy Spielberg beledigde door zijn film te overladen met nominaties en hem verweesd achter te laten. Toen The Color Purple geen enkel nominatie kon verzilveren ging er een schok door Hollywood. Het voorval werd meteen de grootste schandvlek van The Academy en relativeerde meteen het hele circus. Spielberg kon er echter niet mee lachen, en in een interview met Ophrah Winfrey, die haar acteerdebuut maakte in The Color Purple, gaf hij toe dat hij pissed off was wegens zijn niet-nominatie. Ook Empire of the Sun (1987) kreeg het hard te verduren van de critici, want opnieuw wezen ze erop dat Spielberg maar niet volwassen wilde worden. Met Indiana Jones and the Last Crusade (1989) slaagde hij er wel weer in om het grote publiek voor zich te winnen, mede dankzij de geniale casting van Sean Connery als de vader van Harrison Ford. Het werd meteen een van de grappigste Spielbergfilms. Het was ook de voorbode dat hij dan toch leek op te groeien, wat ook bleek met Always (1989), misschien wel de minste van al zijn films. Peter Pan is misschien wel de ultieme vergelijking voor iemand die niet kan opgroeien, en Spielberg had dan ook reeds jaren plannen om dit sprookjesverhaal te verfilmen. De decors waren indrukwekkend, de cast boordevol talent, maar ook Hook (1991) werd voor velen een teleurstelling. Als regisseur leek Spielberg volledig uitgeblust, terwijl hij als producent en leermeester meer succes leek te hebben. Zowel Gremlins (1984, Joe Dante) als de Back To The Future trilogie (1985, 1989, 1990, Robert Zemeckis) behoren tot de leukste films uit de jaren 80. Ook met An American Tail (1986, Don Bluth) had hij heel wat succes, maar het was opnieuw Robert Zemeckis die met Who framed Roger Rabbit (1988) de hoofdvogel afschoot. Meer recent was hij ook betrokken bij de monsterhits Twister (1996, Jan De Bont) en Man In Black (1997, Barry Sonnenfeld), en jammer genoeg ook bij The Flintstones (1994, Briant Levant). 1993 zou echter het jaar worden van de geniale dubbelslag. Eerst dreef hij elke Amerikaan (en daarna de rest van de wereld) de bioscoop binnen om ze met het visueel indrukwekkende Jurassic Park met verstomming te slaan (tot op de dag van vandaag is Jurassic Park op wereldvlak nog steeds de meest succesvolle film ooit, al zal Titanic daar heel waarschijnlijk over enkele weken een einde aan maken), om daarna met Schindler's List zijn allergrootste meesterwerk af te leveren. Pure commercie tegenover misschien wel de beste film ooit. Enkel Spielberg kan zoiets. Het leek alsof Spielberg al zijn demonen overwonnen had en eindelijk met zijn verelden en zijn afkomst in het reine was gekomen. Toen hij aan het project begon vreesde iedereen echter voor het ergste: een rollercoaster holocaust. het resultaat was echter een beklemmende getuigenis van een van de grootste, misschien wel de grootste, schandvlekken van de mensheid. Maar meteen was het ook doordrengd met hoop. De uitreiking van zijn twee oscars behoort dan ook tot de meest aangrijpende momenten van de oscargeschiedenis. Meteen werd Spielberg terecht bekroond voor zijn volledig werk, nadat hij vroeger reeds de Irving G. Thalberg Memorial Award had mogen aanvaarden uit de handen van George Lucas. Spielberg leek uiteindelijk volwassen te worden en de teleurstelling was dan ook groot toen hij na een hiaat van drie jaar een vervolg maakte op Jurassic Park. In die tussentijd had hij wel een studio opgezet met Jeffrey Katzenberg en David Geffen: Dreamworks SKG, waarvan het eerste filmresultaat The Peacemaker (1997) teleurstelde wegens zijn Hollywoodkarakter. Jurassic Park The Lost World (1997) werd een overbodige sequel, waarin de karakters nog onbeduidender waren en de effecten grootser, maar reeds de doodnormaalste zaak van de wereld. Spielberg leek zijn immens talent nog maar eens te verkwisten. Het bleek echter een vingeroefening te zijn voor de twee grote projecten die hij vlak na elkaar zou gaan draaien. Amistad (1997) lag wegens zijn diepmenselijk karakter duidelijk in de lijn van Schindler's List, en opnieuw kreeg hij kritiek omdat hij als blanke een verhaal over de zwarten zou regisseren. Blijkbaar weten weinig mensen dat hij samen met zijn vrouw Kate Capshaw twee zwarte kinderen heeft geadopteerd (hij heeft in totaal zeven kinderen). De film werd een week voor Titanic op een beperkt aantal schermen uitgebracht en bracht tot nu toe amper 40 miljoen dollar op. Nog steeds wordt de film op minder dan 1000 schermen vertoond (Titanic op 3000), terwijl het toch elke amerikaan zou moeten aanspreken. Ook de kritieken op de film zijn niet onverdeeld positief. Meestal wordt de film als te langdradig bestempeld, terwijl men hem ook van mooifilmerij beschuldigt. Vooral zijn beginsequentie wordt met cynisme onhaalt, waarbij men de opmerking maakt dat tussen de bliksemschichten door net zo goed een dinsaurier had kunnen verschijnen, in plaats van een zwarte. Er wordt dan ook halsreikend uitgekeken naar zijn volgend project, Saving Private Ryan, dat zich afspeelt in de tweede werelddoorlog en eind dit jaar in Amerika zal uitkomen. Met zijn buur Tom Hanks in de hoofdrol zou dit wel eens een publiekstrekker kunnen worden. Steven Spielberg. Zonder hem zou de filmwereld er gegarandeerd anders uitzien. Misschien zou het blockbusterfenomeen nog minder doorgedrongen zijn, en volgens sommigen zou de cinema minder infantiel geworden zijn. Maar zonder Spielberg ook geen Indiana Jons, E.T., Back To The Future en Schindler's List. Zonder Spielberg zou de filmwereld er zeker anders uitgezien hebben. Zonder Spielberg zouden we dit allemaal gemist hebben. Zonder Spielberg zaten we dit misschien wel niet te schrijven... |
|