Antwoord aan NoSJa

 

Bij het lezen van uw zgn. Contra-manifest vielen mij direct 3 dingen op:

1° Het aantal grove spellingsfouten;

2°Het feit dat u mij persoonlijk aanvalt, terwijl u geen enkel onweerlegbaar argument geeft tegen mijn manifest (daarbovenop haalt u dan ook nog eens mijn woorden foutief aan – met voorbedachte rade?).

3° En plus geeft u geen enkele artistieke visie van u weer. U had dus beter de tweede zin uit uw titel geschrapt.

Kortom, uw zgn. Manifest heeft niets, maar dan ook niets weg van een manifest, maar is gewoon een persoonlijke aanval, voortkomend uit een gebrek aan visie (het enigste wat u doet is enkele romanauteurs verdedigen, voor de rest nihil) en een (opzettelijk bedoelde?) kwaadaardige verdraaiing van mijn woorden.

Vergis u niet, de roman is wel degelijk dood. Dat ze aangenaam kan zijn om te lezen verandert niets aan de zaak; het blijft een verrot genre. Ze is niet in staat om de poëzie en de extase te vatten, en kan slechts intellectueel tijdverdrijf zijn. Het probleem ligt hem in de fundamenten ervan: dezen zijn gebaseerd op het verhaal. En het verhaal kan per definitie geen poëzie bevatten omdat ze gedoemd is te vervallen in het anekdotische, toch wel het meest hatelijke verschijnsel in de kunst, dat ook al te lang de dichtkunst bezoedelt.

Als u met uw minieme kennis aanhaalt dat Brusselmans al jarenlang roept dat de roman dood is, is dit zeker juist? Maar wat doet hij eraan? Niets, hij schrijft gewoon verder romans! Kwestie van inkomen, zeker?

Ook de Nouveau Roman heeft gepoogd het verhaal overboord te gooien en van de roman een volwaardig kunstwerk te maken. Dat deze poging gefaald is, heeft simpelweg te maken met het feit dat men met het veranderen van vorm en inhoud de fundamenten niet verandert. Als men van een huis op een moeras voortdurend de vorm verandert, zal dit geen enkel verschil maken, simpelweg omdat de fundamenten blijven wegzinken.

Ik weiger te wachten tot dat huis gans verzwolgen is door het moeras. Dat huis moet volledig afgebroken en haar materieel ergens anders gebruikt worden. Als u dan toch proza wil lezen raad ik u het poëtisch proza van Willem M. Roggeman of van Pierre Alechinsky aan. Zij hebben deze les wel begrepen en zijn er uitstekend in geslaagd om poëzie, extase en de genialiteit van hun intuïtie in prozaïsche vorm weer te geven. Zoals Theo Van Doesburg het zo treffend zei: "De moderne auteur zal niet meer beschrijven maar schrijven zal hij". En dit is precies wat de twee bovengenoemde auteurs hebben begrepen, maar wat u niet begrijpt! Wat betreft de geëngageerde roman zal ik kort zijn: deze is zeker goed om het plebs op te voeden, maar zij is geen kunst. Bovendien heb ik geen behoefte aan boeken, die de emoties van de massa (op al dan niet hysterische wijze) willen bespelen door verhaaltjes over onrecht. Politieke of filosofische essays en boeken zijn van veel grotere waarde dan bv. "Het Reservaat" van Ward Ruyslinck.

Als u, NoSja, dan ook nog tot doel had de lezers van uw brief te misleiden, dan zal u dat waarschijnlijk wonderwel lukken! Tevens bewijst dat ook uw eerloosheid!

Toen ik u mijn impressies meedeelde over de expositie "Umwelt, Umfeld", was ik niet volledig onder de indruk van "fantastische, vernieuwende voortbrengselen". Van de vijf kunstenaars aldaar, was ik maar onder de indruk van één enkele, nml. De Noor Bjarne Melgaard. De vier anderen deden inderdaad niets nieuws of interessants. En meer, de laatste 30 jaar is er ook geen vernieuwende kunst meer gemaakt, op die van een kleine avant-garde na. Deze is echter versplinterd en kan amper opboksen tegen de officiële stromingen, die geen vernieuwing meer brengen. Vandaar ook mijn inzet voor "Het Logisch Eindpunt" om contacten en samenwerking binnen de avant-garde te bevorderen. Helaas kan ik van u niet hetzelfde zeggen!

Wat betreft de tautologieën die u mij verwijt; nooit heb ik de door u geciteerde woorden uitgesproken. Aanhalingstekens dienen om woorden letterlijk aan te halen, mijn beste NoSJa. Mijn taalgebruik is wel iets esthetischer dan u mij toeschrijft. Ook hier weer een bewuste verdraaiing van de werkelijkheid om mijn werken en ideeën te discrediteren.

En dan het punt over mijn gebrek aan respect voor het verleden. Ik ben inderdaad gepassioneerd door geschiedenis. Maar is dit een reden om deze klakkeloos te aanvaarden? De christelijke Europese cultuur, die de Middeleeuwen ons hebben nagelaten, is absoluut te minachten. De eerste periode van de Europese cultuur eindigde in de 2de eeuw na Christus. Vanaf dat moment ging de cultuur bergaf en bleef bergaf gaan tot de 15de eeuw (ik spreek hier nu over de intellectuele cultuur, de materiële had zich al in de late Middeleeuwen hersteld). Pas in de 19de eeuw kwam de cultuur tot een nieuw hoogtepunt, maar met het postmodernisme kwam weer een nieuw dal. De ganse Middeleeuwen werden verpest door christelijk (bij)geloof, vandaag worden we lastig gevallen door enerzijds oosters en mystiek bijgeloof, anderzijds door de slaapmiddelen van de consumptiecultuur.

Natuurlijk moeten we leren uit de fouten, maar ik verwerp iedere veneratie van het verleden. Waarom moeten we gaan gapen naar 16-de eeuwse doeken of middeleeuwse poëzie lezen? Zij waren goed volgens de standaard van hun tijd, maar hebben nu geen enkele waarde meer. Waarom zou men met de postkoets reizen als men de trein nemen kan? En neen, dit is gen censuur. Dit is slechts kwalitatieve selectie. Wat in de natuur geen functie heeft sterft af. Wat in de kunst passé is moet verdwijnen. De oude kunst kan nog dienen voor geschiedkundige studies en analyses, maar prop er a.u.b. geen musea mee vol. Als ik zeg dat ik die werken wil verbranden, heeft dit niets met fascisme te maken, maar is dit een symbolische uiting van mijn afkeer en walging. En vooral van het feit dat die werken geen grond van bestaan meer hebben.

Ten slotte roept u op om anti-kunst en absurde kunst te creëren. Uitstekend! Maar om terug te komen op het vorige punt, deze werken hebben een korte levensduur. Ik ben bereid mijn werken te vernietigen als ze passé zijn. En u? U mag niet vergeten dat anti-kunst, i.t.t. kunst, geen doel op zich is. Het is slechts de voorbereiding op de nieuwe kunst, de noodzakelijke afbraak die de opbouw voorafgaat. Waar de anti-kunst een bres heeft geslagen in de oude kunst, daar zal de nieuwe kunst die bres opvullen. Anti-kunst heeft slechts een functie zolang er bressen moeten gemaakt worden. Vandaar ook de korte levensduur ervan; toch rept u met geen enkel woord over de nieuwe kunst. Onbelangrijk? Vergeten? Of gewoon niet in staat om iets anders te maken dan anti-kunst, om iets te maken dat de nieuwe mens illustreert en dat zal blijven voortbestaan als product van een nieuw wereldbeeld.

Nog veel succes met uw fotontorpedo’s en ik hoop dat u de natuurlijke high, die (het gevoel) poëzie is zult vinden

E.L. Krasnayin

1