Hugin en Munin
I Hugin
Zwarte raaf zwiert door het
zwerk
Klapwiekt de vlerken
Wikt en weegt de wind.
Zwarte raaf oprijzend als gist
Verhaalt van boer en graaf.
Zwarte raaf is brave raaf.
Zwarte raaf verhaalt van al wat is,
Al wat zijn moet zijn,
Al wat zijn geweest is weet hij.
Wat weet gij nog meer?
Oerboom Yggdrasil
En wereldslang,
Onverschrokken wereldslang met kronkelstaart
En sterren als ratel
Heeft hij.
II Munin
Zwarte raaf zwiert door het zwerk.
Dicht bijeen tot kwatrijnen
Wat Baldur smeden moet
Nu het vuur nog warm is;
Zwarte raaf vermoedt gloed.
Korenvelden in lichterlaaie
Door de vorstreuzen
Van het nakend Raggnarok;
Dat Baldur Jesus is
En eerst nog sterven moet.
(III
)
Zwarte raaf weet wat sterven is
Al heeft hij het nooit gedaan
Ook de dichter weet het
Want de dichter leeft duizend levens
Maar verliest het ene na het andere.
De dichter dicht dus als was het een ontmaagding.
De dichter wordt ontmaagd bij ieder nieuw gedicht.
Zwarte raaf heeft geen tijd voor ontmaagding.
Zwarte raaf zwiert door het zwerk.
1 april 1
Enrico Luce
Krasnayin
(Hugin en Munin zijn de raven
van Odin die in de Skandinavische mythologie de wereld
overvliegen om de goden nieuws te brengen uit Midgard,de
mensenwereld. nvda)