Nabeul werd in de 5de eeuw v. Chr. door de Puniërs gesticht. De havenplaats behoorde snel tot de meest florerende havens van het Punische Rijk, reden waarom de Romeinen de haven graag in handen kregen, hetgeen in 148 v. Chr. na de Derde Punische oorlog lukte. Later in de 16de en 17de eeuw, trokken veel Andalusiërs die op de vlucht waren voor de kruisvaarders, naar Nabeul. In die tijd werd de stad een vooraanstaande producent van aardewerk. Ook nu nog is het pottenbakken een belangrijke bedrijfstak. Traditioneel werd aardewerk gemaakt voor gebruik in huis en keuken de producten waren voorzien van een groen of geel glazuur. De komst van toeristen heeft ertoe geleid dat nu ook meer "kunstzinnige" keramische producten worden voort gebracht.
Naast alle standaardspullen is aardewerk hier het
hoofdartikel. De meeste kunstpottenbakkers gebruiken porseleinaarde uit onder
andere de Khroumir, omdat de plaatselijke kleivoorraad uitgeput is of te slecht
van kwaliteit. Ze gebruiken tegenwoordig chemische kleurstoffen in plaats van de
traditionele poeders van metaaloxiden voor het aanbrengen van patronen.
De vrijdagsmarkt van Nabeul is fameus in heel Tunesië. Op deze mohammedaanse rustdag is Nabeul het drukst, want de "Souk el-Juma" is een Arabische versie van onze braderie. Achter deze stoffige of modderige Chaos is de kamelenmarkt voor rundvee, schapen, geiten en kamelen. Kamelen zijn er wel, maar geeneen is te koop, uitgezonderd die van pluche, het meest geziene souvenir in heel Tunesië. Belangwekkender product is de keramiek. Nabeul is het landelijk centrum van de pottenbakkerskunst. Als trots teken daarvan prijkt op het plein voor het treinstation een reuzepot Waarin een grote boom groeit.
In 1738 noemde een Schotse geestelijke, Shaw genaamd, Nabeul al "een zeer welvarende stad ... zeer bekend om haar aardewerk". En aardewerk houdt ook nu deze moderne provinciestad nog steeds bezig, meer zelfs dan de recente belangstelling voor smeedijzer, biezenwerk, parfums, bakstenen en toeristen. Wij zijn niet bekend met de naam van de oorspronkelijke Punische stad, die Agathokles innam en die, als bondgenoot van Carthago, na de Derde Punische Oorlog door Scipio wederom met de grond gelijk werd gemaakt. Na zijn overwinning bij Thapsus vestigde Caesar hier de Colonia Julia Neapolis, die van keizer Augustus haar onafhankelijkheid verkreeg en waarvan de resten in 1964 bij toeval ontdekt werden bij de bouw van Nabeuls eerste toeristenhotel. De hotelnaam Neapolis, sedertdien veranderd in Aquarius, was een uitgemaakte zaak en de opgravingen die volgden (inmiddels weer overwoekerd) liggen ernaast.
NABEUL (45000 inw.) is een plaats waarvan het inwonertal 's zomers enkele duizenden hoger ligt. De hotels van Nabeul bieden plaats aan ruim 6000 gasten en in het hoogseizoen zijn de meeste bedden bezet.