Concert 8 november 2002: Contrast van de barok

Theologie en mystiek van het lijden.

Architectuur, literatuur, schilderkunst en muziek zijn spiegels van de relatie van de mens tot God. Er bestaan grote contrasten in de wijze, waarop deze relatie wordt ervaren en wordt vormgegeven.
Ook in de benadering van de dood, het thema van dit concert, zien we dit verschil tussen protestantse en katholieke tradities terug. In de Noord-Europese theologie overheersen intellectualiteit en matigheid. Een gravure uit de achttiende eeuw van de Thomaskirche in Leipzig, waar Bach het grootste deel van zijn vocale muziek heeft uitgevoerd, illustreert orde en regelmaat. De drukke attributen en ornamenten van de Spaanse barokke kerken vormen een grote tegenstelling met de soberheid van de lutherse interieurs. In het katholieke Spanje zijn bloed, pijn en extase sleutelwoorden. Hier is niet zozeer sprake van beredeneerde theologie, alswel van een mystiek van het lijden. Een nog groter contrast tussen de Europese kunst en levensfilosofie en natuurlijke muziekbeoefening troffen de Spaanse priesters aan in de oerwouden van Zuid-Amerika.

De muziek van Johann Sebastian Bach representeert de Noord-Europese traditie. Zijn cantate 'Christ lag in Todesbanden' (bvw 4) is voor eerste paasdag geschreven. Hoewel de dood van Christus een belangrijk thema is, ligt de nadruk op de wederopstanding. Alle delen van de cantate eindigen met briljante halleluja's. Van pijn lijkt geen sprake te zijn.
Sebastián Durón was bekend als 'het wonder' van zijn tijd. Hij was 25 jaar ouder dan Bach en schreef zowel kerkelijke als wereldlijke muziek. Hij was zeer populair in de Amerikaans-Spaanse koloniën en veel van zijn werken overleefden in de Zuid-Amerikaanse archieven. Zijn orgelwerken en liturgische werken zijn vrij conservatief, maar in zijn 'Zarzuelas' herkennen we een sterke Italiaanse invloed. 'Tedet animam meam' is een dodenlezing op een tekst uit Job, geschreven als een dialoog tussen twee solisten en koor. De transcriptie is van Van der Spoel naar een origineel dat zich bevindt in de Archivo General de Palacio in Madrid.
De componist Castellanos werd geboren in Guatamala ten tijde van de laatste levensjaren van Bach. Guatamala was destijds de een-na-belangrijkste stad van Midden-Amerika. Hij werkte in de kathedraal van zijn stad en heeft veel werken van hoge kwaliteit geschreven, de meeste beďnvloed door de Spaanse muziek. Het werk 'Hanacpachap' is een processie-hymne die geschreven staat in quecha, de taal van de Inca's. Het is een lofzang op de grootsheid van de hemel. De indianen zongen werken in hun eigen taal, waarmee een muzikale traditie werd vormgegeven die als een synthese tussen Europesche en Indiaanse cultuur kan worden beschouwd.

Het Alkmaars Cantate Koor presenteert dit concert samen met ensemble Musica Temprana. De interpretatie van deze twee contrasterende vormen van muziekkunst eisen van zangers en instrumentalisten een grote mate van souplesse.
Het Alkmaars Cantate Koor specialiseerd zich in muziek uit de renaissance en barok, met een nadruk op minder bekend Spaans repertoire. Recentelijk is muziek uitgevoerd van Henry Purcell (Dido and Aeneas) Antonio Caldara en de Spaanse Polyfonie uit de zestiende eeuw.
Musica Temprana is gespecialiseerd in de uitvoering van muziek uit de koloniale periode van Zuid-Amerika. In 2001 is een CD uitgebracht met achttiende eeuwse muziek uit Perú.

1