Reacties?
Mail Hans Feddema:
feddema@wish.net
Klik hier om
artikelen per Email
te ontvangen
|
Home Archief Colofon
Welke
strategie hebben we?
Hans Feddema
17
november 2004
Sinds
mijn vorige actueel commentaar
vonden er drie gebeurtenissen plaats die me meer dan gewoon raakten: a)
begin september de dood van de profeet voor raciale gerechtigheid Beyers
Naudé, b) begin oktober de start van het proces tegen Naser Oric, de
‘held’ van Srebrenica en c) in dezelfde tijd het vrij komen van Leyla
Zana, de ‘koningin der Koerden’ na negen jaar verblijf in een Turkse
gevangenis. De eerste kende ik heel persoonlijk, de laatste ontmoette ik
eens in mijn buitenlandwerk voor GroenLinks en voor de acties van Naser
Oric waarschuwde ik, nog voordat het drama Srebrenica tot een climax kwam,
meerdere malen. Beyers Naudé, aan wie ik mijn dissertatie opdroeg en die
ik twee keer voor Hervormd Nederland interviewde, ontmoette ik voor het
eerst in Zuid-Afrika. Het was in de tijd dat ik daar verbleef als
antropoloog en veldwerker. Verontwaardigd over het feit dat Beyers Naudé
zijn predikantschap werd afgenomen, sloot ik me aan bij het door hem
opgerichte Christelijk Instituut van Zuid-Afrika. Over de grootheid van
deze man, die zijn geweten volgde, weid ik verder niet uit, de media deden
dat uitgebreid bij zijn dood op de gezegende leeftijd van 87 jaar.
Leyla
Zana
Voor Naser Oric waarschuwde ik, omdat Dutchbat gedoogde dat hij en zijn
moslimleger, waarvan hij commandant was, weigerden te voldoen aan de door
de VN geboden demilitarisatie van de voor vrouwen, ouderen en kinderen
bedoelde safe haven Srebrenica.
Het erge was dat Oric en zijn manschappen niet alleen werden gedoogd, maar
dat hun ook oogluikend werd toegestaan regelmatig zeer bloedige en wraak
oproepende uitvallen te doen naar de omliggende Servische dorpen.
Opmerkelijk aan Leyla Zana was dat zij, toen in de Koerdische
bevrijdingsstrijd de PKK onomwonden koos voor het middel geweld,
trouw bleef aan geweldloosheid en democratische strijd. Zij werd in 1995
door het Europees Parlement voorgedragen voor de jaarlijkse Sacharov-prijs
voor de mensenrechten en was medio oktober op bezoek in Brussel. Ze deed
dat om daar te pleiten voor een Turks lidmaatschap van de EU. Erg sterk
als je land je negen jaar in het gevang hield, ook al speelt bij haar
tevens mee de overweging dat het EU-lidmaatschap voor Turkije de kans op
meer culturele en politieke rechten voor de Koerdische minderheid
versterkt.
Westerse
uitvinding
Wat mij voorts in het oog viel, zijn een artikel van de Amerikaanse
minister van defensie Donald Rumsfeld begin oktober onder de titel ‘We
zijn aan de winnende hand tegen het terrorisme’ en het bericht dat in
Japan op 4 oktober dit jaar een commissie van academici en zakenlieden de
Japanse regering adviseert haar defensiebeleid grondig te herzien. En wel
in die zin dat door Japan voortaan kan worden overgegaan tot zowel
wapenexport als tot een preventieve aanval. De
Volkskrant gaf dat bericht als kop ‘Japan moet preventief
aanvallen’. Het is een indicatie dat de op (preventieve) oorlog gerichte
benadering van het Pentagon sinds
het presidentschap van George Bush, zelfs dreigt over te slaan naar
het na 1945 lange tijd nagenoeg pacifistisch opererende Japan. Het geeft
aan wat voor effecten het heeft bij andere landen, als je als grootmacht
kiest voor een (te) eenzijdig militaristisch antwoord op terrorisme.
Effecten trouwens ook op de daardoor vaak nog fanatieker wordende
tegenspeler. Natuurlijk is het een illusie van terroristen te denken dat
hun oorlog kan worden gewonnen, met andere woorden dat terreur de westerse
wereld op de knieën kan krijgen. Specialisten geven de Al-Qaedacellen
hooguit nog vijf jaar, omdat terreur – overigens een westerse
uitvinding, ontstaan tijdens het Jacobijnse bewind in de jaren rondom 1790
in Parijs – bij de grote meerderheid van de moslims niet aanslaat en
vanwege haar steeds duidelijker wordende destructieve gevolgen, zelfs in
de getraumatiseerde Arabische wereld meer en meer weerstand oproept.
Verkiezingen
Een complicatie is dat op korte termijn het terrorisme in sterke mate
garen spint bij de illegale Amerikaans-Britse oorlog tegen Irak en de
omstreden bezetting van dat land. Er zou een band zijn tussen Al-Qaeda en
Saddam Hussein – met die onwaarheid rechtvaardigde Bush zijn oorlog en
bezetting onder meer –, maar het cynische is juist dat na de inval in
Irak Al-Qaeda en andere terreurgroepen voor het eerst echt voet aan de
grond kregen in dat land. Niet alleen omdat mensen anders dan voorheen nu
met enig gemak de Iraakse grens kunnen oversteken, maar ook omdat het
Amerikaanse optreden steeds meer haat oproept. En naast ongerechtigheid
– denk ook aan de jarenlange bezetting van en landjepik in
‘Palestina’ – is haat waar terrorisme bij gedijt. Rumsfeld kreeg in
de media dan ook de nodige repliek. ‘Hoezo winnen “we” de strijd
tegen terreur?’ kreeg hij tegengeworpen. Men wees erop dat delen van
Afghanistan nog steeds door restanten van de Taliban worden gecontroleerd
of dat het grensgebied met Pakistan nog in de greep van de Al-Qaeda is,
dat Afghanistan dit jaar de grootste opiumoogst heeft ooit – het hoeft
geen betoog waar veel van dat geld naar toe gaat – en dat in Irak de
bezetting hand in hand gaat met terreur en de situatie aldaar almaar erger
wordt. Verkiezingen in januari in Irak? De Jordaanse koning Abdullah II
liet, eind september op bezoek in Parijs, de wereld weten dat dit in de
huidige chaos ‘onmogelijk’ is.
Muur
De
Pakistaanse legerchef en president Musharraf, die na 11 september de zijde
van de VS koos, waarschuwde niettemin onlangs het Westen dat het bezig is
‘een ijzeren gordijn tegen de wereld van de moslims op te richten’.
Ook Israël lijkt daar mee bezig, via zelfs een echte Muur. Wat voor
strategie hebben we in hemelsnaam in het democratische Westen?
-----
Dr.
Hans Feddema is antropoloog en actief in de Vredesbeweging en GroenLinks.
Dit
artikel verscheen als Actueel Commentaar in De
Linker Wang, november 2004.
feddema@wish.net
Home Archief
Colofon |
|