Er is zelfs anno 2001 moed voor nodig om je, gezien de
rampzalige situatie in Israël, voorzichtig af te vragen of het zionisme, dat in Europa
eind negentiende eeuw opkwam tegelijk met het nationalisme (elk volk een eigen
staat), achteraf wel zon goede gedachte was. Te meer omdat we weten tot welke
onheil nationalisme al spoedig zou leiden. Zon kritische reflectie verwacht je van
de zionisten zelf. In de reactie van Jacques Moed, ex-voorzitter van de Nederlandse
Zionistenbond, op mijn artikel van 14 juli in Hervormd Nederland, bespeur ik helaas
niets daarvan. Hij legt de schuld vooral bij de Arabieren, anders gezegd, alleen de
ander heeft het gedaan (Hervormd Nederland, 16 augustus).
Blinde vlek
Ik sprak in het juli-artikel, ook te vinden op mijn website, over de grote
blinde vlek van Theodor Herzl geen rekening te houden met de autochtonen in
Palestina en noemde dat een weeffout in het zionisme die de beweging zou
opbreken. Ieder volk een eigen staat? Europa was vol, en dus dacht Herzl eerst zelfs
aan een joodse staat in Uganda. En de autochtonen daar dan? Palestina had hetzelfde
probleem: het was al bevolkt. Bovendien was het onderdeel van het Turkse rijk. Dat stond
overigens wel kleine aantallen joodse immigranten toe. Dat werden er meer toen Palestina
in 1918 in handen van Engeland kwam.
Tehuis of staat?
Het is echter een misvatting te denken dat de Londense Balfour-verklaring van 1917,
zoals Moed suggereert, sprak over een joodse staat. Een tehuis voor
joodse immigranten naast de Palestijnse meerderheid, dat was wat Engeland voor ogen stond.
Een joodse staat impliceerde immers het terugdraaien van tweeduizend jaar geschiedenis,
wat zonder precedent was. Bovendien zouden de Palestijnen dan in eigen land tot
tweederangsburgers worden gedegradeerd. Engeland gaf Palestina ten einde raad aan de VN,
die het in 1947 in tweeën deelde via resolutie 181. Dat de Arabische staten in
1947 in de VN ondervertegenwoordigd dit toen uit frustratie niet aanvaardden, was
dom en fout. Maar daarmee staat of valt die resolutie niet. Die nu niet meer
bruikbaar te noemen, zoals Moed doet en daarmee zelfs de bezetting en de
joodse nederzettingen in de Palestijnse gebieden te rechtvaardigen, is te
dwaas voor woorden. Bovendien ondergraaft Israël zo zijn eigen juridische basis. Aan
VN-resolutie 181 is immers juist te danken dat in 1948 de staat Israël kon worden
uitgeroepen.
Apartheidsland
De Arabieren probeerden die resolutie ongedaan te maken; daarin heeft
Moed gelijk, maar hij vergeet dat Israël deze nu daadwerkelijk ondermijnt.
Terwijl de Arabieren meer en meer de nieuwe staat in hun midden accepteren, gaat Israël
door met steeds meer land in bezit nemen over de groene lijn van 1967 heen. Is
dat niet het grote onrecht waartegen de Palestijnen zich verzetten, nog los van de status
van het oude Jeruzalem en de vluchtelingen? Ik bezocht Israël vier keer en proefde in het
begin nog het kibboets-idealisme. Nu voel ik me er in een apartheidsland als in
Zuid-Afrika, waar ik lang onderzoek deed. Is de zionistische droom voorbij? De heer
Moed vergeet dat ik in het betreffende artikel toevoegde dat Israël toekomst heeft,
als het recht doet aan de Palestijnen en naast zichzelf een volwaardige en leefbare
Palestijnse staat toestaat. Sprak de joodse profeet Jesaja niet over vrede als
vrucht van gerechtigheid?
____________
Dr J.P. Feddema is antropoloog, publicist en actief in de vredesbeweging en
GroenLinks.