|
AlgemeenJacht op een ontdooide ijskegelWesley Snipes en Sylvester Stallone vechten een oude vete uit in het Amerika van 2032 en dat gaat gepaard met zoveel actie, dat je deze film niet zomaar aan je mag laten voorbijgaan. Van een explosief debuut gesproken: Marco Brambilla regisseert in zijn eerste langspeelfilm twee supersterren van het allergrootste kaliber. Wesley Snipes kent u wellicht uit films als Jungle Fever, New Jack City en Mo' Better Blues, maar dat deze geschifte genie-met-het-oranje-kroezelhaar ook al vechtend uit de voeten kan bewijst hij in deze film. Hij speelt een heerlijke bad guy, met psychopatische trekjes, een massamoordenaar pur sang, zeg maar, en leef zich zo in zijn rol in dat het angstaanjagend wordt. Sylvester Stallone doet datgene waarin hij nog steeds de beste is: rammen, beuken, schelden en knokken dat het niet mooi meer is om zien. Een olifant die zijn tegenspelers plattrapt, met een smile op het gezicht. Hij hanteert het geweer met de handigheid van een zakkenroller en veegt zijn sullige pseudo-rollen als Rocky Balboa en John Rambo zonder veel moeite onder het tappijt. We zijn in het jaar 1996. Een door geweld geteisterd Los Angeles staat weer maar eens in rep en roer. Simon Phoenix (Snipes) gijzelt in een gebouw dertig mensen. De super-stoere John Spartan (Stallone) slaagt erin zijn aartsvijand te overmeesteren. Het gebouw gaat echter met een enorme knal de lucht in en de dertig gijzelaars moeten het met hun leven bekopen. Phoenix wordt ingerekend; Spartan wordt beschuldigd van vrijwillige doodslag op dertig mensen. De ontploffing van het gebouw is, zonder in cliche's is vervallen, adembenemend, zoals trouwens alle speciale effecten in de film. Het apocalyptische decor dat van Los Angeles wordt geschetst is zo angstaanjagend dat je er drie nachten niet kunt van slapen. Je voelt zo dat het einde der tijden nabij is: de stad wordt verteerd door het hongerige vuur, de eeuwige nacht slikt de wereld weg. Phoenix en Spartan worden veroordeeld tot de diepvries, zoals dat in 1996 de gewoonte is. Ook hier is regisseur Marco Brambilla erin geslaagd een ijzingwekkende sfeer op te bouwen en pas als het duo ingevroren is, krijg je de kans om te herademen. De proloog is voorbij, je kan even bijkomen. We maken immers een sprong naar het San Angeles van 2032. De grote aardbeving van 2010 heeft bijna heel Amerika vernield en bij de heropbouw van de beschaving zijn Los Angeles en San Diego bij elkaar gesmolten. Alles is pais en vree nu. De mensen lopen met een glimlach van twee meter op hun gezicht en zijn supervriendelijk tegen elkaar. Vloeken is verboden, evenals alles wat de gezondheid kan schaden en lichamelijke sex wordt als onsmakelijk ervaren. Een man is voor deze model-samenleving verantwoordelijk: Raymond Cocteau. Hij wordt beschouwd als de redder van de beschaving. In de onderwereld van San Angeles leeft een groep andersdenkenden die niet in dit patroon passen. Ze kunnen zich nauwelijks in leven houden en moeten hun eten plunderen. Op een van z'n hersenspoelingen weet Phoenix te ontsnappen. Hij raast als een totale gek doorheen de stad, zaait dood en verderf en blijkt bovendien begaafd te zijn met kennis over al de laatste technische snufjes. Is zijn ontsnapping en techo-kennis toeval of niet? De politie van San Angeles zit met de handen in het haar en is tegen zoveel Phoenix-geweld niet opgewassen. Er blijft maar een mogelijkheid over: John Spartan uit de diepvries halen. Het verhaal stormt dan ook op een spetterende finale af met aktie en spanning om ondersteboven van te geraken. Producent Joel Silver trok een budget van 30 miljoen dollar uit voor deze prent en dat is er dan ook aan te zien. Groteske actie-scenes en een daverend en leuk holderdebolder-slot, dat zich niet toevallig afspeelt in de duistere onderwereld. Natuurlijk is geweld troef in deze prent, maar er is ook plaats voor een snuifje humor. Zo is er de vrouwelijke politie-agente Lenina Huxley (een vrij cliche-achtige Sandra Bullock) die voor enkele spanningbreuken zorgt. Zij is gefascineerd door de 20e eeuw en dat zorgt soms voor vrij grappige momenten. Zo heeft zij in haar kantoor een poster hangen van Lethal Weapon, een film die niet toevalling door Silver werd geproduceerd. Het feit dat Spartan veertig jaar uit roulatie is geweest, zorgt voor wat problemen. Hij loopt om de haverklap tegen een scheld-boete aan, ervaart dat autorijden helemaal anders verloopt en beleeft sex op een wel heel veilige manier. Het duurt echter niet lang of de vondsten worden platitudes. Zo lijken Stallone en Schwarzenegger er een spelletje van te maken om elkaar in hun films met speldeprikjes te bestoken. Ook de aanwezigheid van een soort van mislukte Falstaff-figuur draagt niet veel bij tot het verhaal en de moraal vervalt in zoveel hevigheid natuurlijk ook in het niets. Gelukkig blijft dat alles bijzaak en verdrinkt deze SF-prent zich heerlijk in de meest knoerdharde en denderende actie. |
|