The Lost World

Archief Film Helden Nu in de Cinema Reportage Vraag van de week
A ] B ] C ] D ] E ] F ] G ] H ] I ] J ] K ] L ] M ] N ] O ] P ] Q ] R ] S ] T ] U ] V ] W ] X ] Y ] Z ]

Algemeen    Speciale effecten   Archeologische (on)waarheden

Algemeen

Het verloren talent

Genre: Thriller
Speelduur: 2u14
Regisseur: Steven Spielberg
Acteurs: Jeff Goldblum, Julianne Moore, Pete Postlethwaite, Arliss Howard, Richard Attenborough, Vince Vaughan, Peter Stormare, Richard Schiff

Steven Spielberg is zo'n man die, als hij in zijn regiestoeltje gaat zitten, links en rechts van hem twee extra stoelen nodig heeft waarover hij zijn talent kan draperen. Het is dan ook onbegrijpelijk waarom Spielberg zijn energie steekt in een draak als The Lost World.

Of misschien ook niet. Spielberg draait een film a la The Lost World natuurlijk niet zomaar. Als regisseur verdient hij naar verluidt 17,5 procent van de inkomsten van de Universalstudio's en als producent rijft hij nog eens vijftig procent van de globale winst binnen. Denk nu niet dat Spielberg met zijn gage Universal op de knieen zal brengen. The Lost World kostte 2,5 miljard frank (genoeg om een middelgroot Afrikaans land een jaar lang te voeden, lazen we ergens verbaasd), maar bracht tot nu toe in Noord-Amerika alleen al 7,9 miljard frank op. Van alle Spielbergkaskrakers deden alleen Jurassic Park (12,6) en E.T (13,6) beter.

Geld als drijfveer voor het maken van een sequel, het zou kunnen. Volgens anderen greep Spielberg de teugels van The Lost World zelf in handen om erger te voorkomen. Of misschien wil het kind in de bijna vijftigjarige Spielberg maar niet sterven. Niet voor niets worden de plannen om een vierde Indiana Jones in te blikken (met spitsbroeder George Lucas) steeds concreter. En in 2002 is er een speciale jubileumrelease voorzien van Spielbergs mooiste sprookje allertijden: E.T.

The Lost World pikt de draad weer op waar hij vier jaar geleden werd achtergelaten. InGen, de firma van John Hammond (Richard Attenborough) wil een dinosauruspark opstarten in San Diego. Daarom stuurt Hammonds op geld beluste neef een groep onderzoekers, onder leiding van Roland Tembo (Pete Postlethwaite) en Dieter Stark (Peter Stormare), naar Isla Sorna (ook wel bekend als site B), het oorspronkelijke testeiland van het geheime experiment waar de dino's uit Jurassic Park uit voortkwamen. Zij moeten er een koppel T-Rexen oppikken als hoofdattractie voor het pretpark.

Dit gebeurt zonder de toestemming van Hammond zelf, die zich na het debacle van zijn Jurassic Park bekeerd heeft en de prehistorische beesten nu in hun natuurlijk biotoop wil laten leven. Hij stuurt een groep documentairefilmers naar het eiland om de dino's in hun gedragingen te onderzoeken en te filmen. Dat team bestaat uit paleontologe Dr. Sarah Harding (Julianne Moore), fotograaf Nick Van Owen (Vince Vaughn) en Eddie Carr (Richard Schiff), een manusje van alles. Ook Dr. Ian Malcolm (Jeff Goldblum) vergezelt de ploeg, nadat hij vernomen heeft dat zijn liefje Sarah naar het eiland gegaan is.

In het begin is er alleen bewondering, als de makers van de documentaire met opengevallen mond een groep brachiosauriers bewonderen. Maar Jeff Goldblums personage Ian Malcolm weet wel beter. 'Yeah, oooh, aaah. That's how it begins, and then there's the running and the sceaming.' En gelijk krijgt hij: niet veel later vallen zowel de op een T-Rex beluste jagers als de onderzoekers ten prooi aan moordlustige dinosauriers...

De kracht van de eerste Jurassic Park lag verscholen in het onbekende, in dat ene magische moment dat we voor het eerst die schitterende brachiosauriers over het scherm zagen wandelen. The Lost World mist die magie, hoewel techneuten ons erop wijzen dat de dinosauriers nog indrukwekkender zijn, dat er meer van hun soort zijn (dertien in plaats van zeven), en dat ze nog perfecter zijn. Maar het probleem is dat ze niet effectiever gebruikt worden. Het verhaal rammelt en schokt langs alle kanten. Er zit weinig rode draad in verweven, vele scenes staan los op zichzelf en dienen tot niets. Een goed voorbeeld daarvan is een sequentie waar Malcolm, Sarah en hun dochter met een bus aan een klif bungelen, terwijl ze door een T-Rex bedreigd worden. Vol vakmanschap in beeld gebracht, die scene, maar wat levert het eigenlijk op?

De personages zijn domme dienaren van het lot die net datgene doen wat hen in de problemen brengt. Tijd voor karakterontwikkeling is er niet. Na een vrij lange en langzame proloog waarin Ian Malcolm en John Hammond in gesprek met elkaar zijn, schakelt Spielberg in overdrive en laat hij de teugels vieren. De film is gewelddadiger en explicieter dan zijn voorganger, donkerder en bedreigender ook. Maar zoveel meer als in het origineel krijgen we nu ook weer niet te zien, en daar wringt het schoentje. Het gevoel van deja vu is te groot en de verrassingen zijn te klein.

Tegen alle filmconventies in neemt de prent na bijna twee uur een rare structurele wending. De overlevenden verlaten het eiland met een helicopter, de camera zoomt uit en je denkt dat de eindtitels wel meteen over het scherm zullen rollen. Maar de volgende scene speelt zich af in San Diego, waar een overlevende T-Rex in een onbeschaamde Godzilla-pastische door de straten dendert. Amusant en lachwekkend, maar wel een complete stijlbreuk. Als ze dan toch met dit idee speelden, hadden ze het beter over een gehele Jurassic Park 3 kunnen uitsmeren. Want dat die er binnen afzienbare tijd toch zal komen, staat als een paal boven water.

Waarom meesterfilmer Steven Spielberg per se zelf deze sequel wilde inblikken, is een van die geheimen die Hollywood wellicht nooit prijs zal geven. Spielberg filmt duidelijk op automatische piloot en kan in feite weinig aanvangen met het rommelige en ongeispireerde scenario van David Koepp (die zich baseerde op de roman van Michael Crichton). Af en toe zie je die typische Spielbergiaanse touch en je kunt maar hopen dat de grootmeester zich met zijn volgende prent Amistad (een gevechtsdrama dat het waargebeurde verhaal van een slavenopstand aan boord van een Spaans schip vertelt) danig herpakt. Na Jurassic Park volgende immers ook Schindler's List. Een op twee is geen slecht gemiddelde, als je het ons vraagt.

Speciale effecten

Moet het nog gezegd dat Jurassic Park in 1993 de fx-wereld op z'n kop zette met de meest verbluffende en realistische computergegenereerde en mechanische wezens die ooit op een bioscoopscherm te zien waren? Sindsdien heeft geen enkele film meer een dergelijke deining in de fx-industrie veroorzaakt. Ook The Lost World niet.

En nochtans is de film een heel stuk complexer dan z'n voorganger. Zo zijn de camerabewegingen van Spielberg heel wat wilder (wat zorgt voor een veel moeilijkere integratie van de computerbeelden) en de hoeveelheid gegevens die tegelijkertijd in de vorm van dinosauriers op het scherm te zien zijn heel wat indrukwekkender. En dat was nu juist de uitdaging van het fx-team. De lat was met Jurassic Park enorm hoog gelegd en die wilden ze nog wat hoger leggen. De uitdaging moet zeer aanlokkelijk geweest zijn vermist alle sleutelpersonen uit de eerste film opnieuw present waren. Stan Winston zou met zijn studio voor de mechanische dieren zorgen, Michael Lantieri nam de effecten op de set zelf voor zijn rekening, terwijl Visual Effects Supervisor Dennis Muren met Industrial Light and Magic voor de digitale magie zouden zorgen.

Niet minder dan 13 dierensoorten waren vereist (in JP slechts 7), waarvan een negental ook in mechanische (en dus functionele) versie. Na een ontwerp op papier werd een kleien model afgeleverd, dat na goekeuring van Spielberg op ware grootte werd gemodelleerd. Om deze poppen zo vloeiend mogelijk te laten bewegen deed men een beroep op een techniek die men voor de eerste film had uitgewerkt. Van elke levensgrote dino bestond een klein model met sensoren. De bewegingen van het kleine model werden geregistreerd en doorgestuurd naar de hydraulische aandrijving van de grote broer. Wanneer deze gegevens ook in de computer werden bewaard kon iedere beweging achteraf perfect herhaald worden.

Toen men bij ILM van start ging bleek al duidelijk dat de film heel wat complexer zou worden dat z'n voorganger. In een hoog tempo werd daarom bijkomende animatiesoftware geschreven, terwijl een ander team de dino's in de computer begon te modelleren. Gelukkig kon men een aantal modellen uit de eerste film (onder andere de T-Rex) mits een aantal aanpassing hergebruiken.

De meest spectaculaire scene speelt zich af aan en over de rand van een ravijn. Een tweedelige trailer wordt door de T-Rexen over de rand geduwd en blijft daar balanceren. Met menselijke inhoud. Deze scenes werden gedeeltelijk op een parkinggebouw op het terrein van Universal gefilmd. Gecombineerd met modellen, beelden van water en computergegenereerde regen, resulteert dit onzichtbaar fx-werk in het pronkstuk van de film. Zelfs de barsten in het raam zijn er digitaal opgekleefd.

The Lost World mag dan nog (op fx-niveau) minder verrassen dan Jurassic Park, onderhuids is het zeker een technologische vooruitgang. Enkel jammer dat men bij ILM geen scripts kan oppoetsen. Misschien een gat in de Hollywoodmarkt...

Archelogische (on)waarheden

Het is eigenlijk beangstigend hoe we dezer dagen de natuur naar onze hand willen zetten (door te klonen of proberen zwanger te worden na de vijftig), terwijl we zelf aan de basis van onze ondergang lijken te liggen: Moeder Aarde laat zich niet bevelen. Stel daarenboven dat enkele geleerden het sinistere plan opvatten ook de klok terug te draaien en de mens een vredelievend symbiotisch leventje om de baard trachten te smeren met onze voorouderlijke collega's en aardbewoners in een prehistorische 'dierentuin', dan kunnen we onze toekomstplannen meteen in de koelkast steken en hopen op een 'deus ex machina'.

Een cruciale vraag brandt dan op eenieders lippen: kan dit wel? Kan men uit een gefossiliseerd dinosaurier-ei werkelijk die dino tot leven brengen en bestaan zo'n eieren met voorhistorische embryo's uberhaupt nog? Op deze laatste vraag kan alvast positief geantwoord worden. Er bestaan op wereldschaal zo'n 200 archeologische sites met dino-eieren. Vooral de Amerikaanse, Franse en Chinese beddingen leveren de meest spectaculaire resultaten op. Om een idee te geven: de laatste jaren heeft men in de Chinese provincies Henan en Hubei niet minder dan een 10000-tal eieren opgegraven van een 175 verschillende soorten. Het land is dan ook beducht voor de roof van deze prehistorische fossielen en heeft ze met de jaren als 'nationale patrimonium' geklasseerd.

De interesse voor deze gefossiliseerde databanken dateert uit het begin van deze eeuw. De Amerikaanse zooloog Roy Chapman Andrews stond in de jaren '20 aan het hoofd van een aantal expedities in de Gobi-woestijn. Aan de voet van de Bain Dzak kliffen in Mongolie vonden ze hele nesten terug van de oviraptor. Sindsdien is men steeds meer gaan graven overal ter wereld. Met de release van Jurassic Park echter (1993) is de internationale handel van deze gouden eieren spectaculair toegenomen.

Hun waarde varieert tussen 40000 voor de 'kleintjes' tot 322000 voor een nest van tien eieren. Het is zelfs, zoals in de kunsthandel, mogelijk om vooraf bij een verkoop op basis van een cataloog zijn keuze te maken welke fossielen men wil aanschaffen. Vandaar het lucratieve handeltje in gestolen eieren, reden waarom wetenschappers er zo bij regeringen op aandringen de archeologische sites wettelijk te beschermen.

Maar hoe zit het nu met de T-Rex van Spielberg? Is zijn verloren wereld een realistische wereld? Eerst en vooral is het tot op heden nog steeds onmogelijk om uit gefossiliseerde dino-embryo's leven op te wekken. Wat wel mogelijk blijkt met de huidige stand der wetenschappen is bijvoorbeeld het isoleren van DNA uit deze fossielen hoewel men sceptisch blijft in deze materie. Anderzijds is het veel interessanter om een maximum aan gegevens uit de archeologische eieren af te lezen. Dit wil zeggen dat men de eieren analyseert zonder ze te beschadigen. Dit is mogelijk door een recente techniek waarbij men de eieren in een verdunde azijnzuur- oplossing kookt met een snelheid van 0.13 mm/dag. Eens de embryo loskomt van de schaal, 'vereeuwigt' men hem door hem te plastifieren. Dit kan meer dan een jaar in beslag nemen. Naderhand heeft men oneindig veel mogelijkheden het ei te bestuderen zonder het te beschadigen. Zo is men bijvoorbeeld tot de bevinding gekomen dat een dino-embryo tot driemaal toe zijn tanden wisselt alvorens geboren te worden.

Hoewel de 65 miljoen jaar oude T-Rex van Spielberg erg ingenieus tot leven is gebracht, toch werd de waarheid meer dan eens geweld aangedaan. Het dier zou immers nooit een Jeep aanvallen. T-Rexen waren geen jagers dan wel aaseters zoals gieren. Ze deden zich te goed aan de karkassen van dode dieren. Bovendien is het droomeiland van Professor Hammond veel te klein om zoveel soorten dino's te huisvesten.

De film brengt het dier wel weer in de belangstelling. Een drietal weken geleden ging het eigendomsrecht van T-Rex-skelet 'Sue' bij veilinghuis Sotheby's in New York voor een slordige 300 miljoen over van Sioux-Indiaan Maurice Williams naar het Field Museum in Chicago. Het skelet dankt zijn naam aan de paleontoloog Sue Henderson, die het in 1990 in South Dakota ontdekte. De 15 meter lange T-Rex bestaat uit zo'n 400 botten en botfragmenten, waaronder een 1,65 m lange schedel van 500 kilo. Het voor 90% volledige fossiel geldt als het grootste en best bewaarde stuk in zijn soort.

The Lost World mag dan wel onwaarheden bevatten en totaal geen verhaal brengen - de prent heeft vooral Spielberg geen windeieren gelegd.

Laatste update: 22/11/98

Bart.Schreurs@ping.be

1